43
Adjusting the sensitivity
The detector adapts itself automatically to ambient
conditions. Undesired switching is thus nearly ex-
cluded.
The potentiometer should normally be set to maximum
sensitivity.
In some cases, it may be necessary to change the
sensitivity manually.
Withdraw the trim ring.
Adjust the sensitivity with the
sens
potentiometer (6)
(Fig. 4).
Snap the trim ring back in place.
6. Appendix
6.1 Technical data
Sensor type:
PIR (passive infrared)
Operating temperature:
5...35 °C
Switching capacity:
see flush-mounting insert
Coverage:
360°
Number of lens segments:
78
Number of sensor levels:
5
Gevoeligheid instellen
De detector past zich automatisch aan de omgevings-
condities aan. Daardoor zijn ongewenste schakelin-
gen nagenoeg uitgesloten.
De potentiometer dient normaal op maximale gevoe-
ligheid te zijn ingesteld.
In sommige gevallen kan het nodig zijn, de gevoelig-
heid handmatig te wijzigen.
Sierring lostrekken.
Met potentiometer
sens
(6) de gevoeligheid instel-
len (afbeelding 4).
Sierring opsteken.
6. Appendix
6.1 Technische gegevens
Sensortype:
PIR (passief infrarood)
Bedrijfstemperatuur:
5...35 °C
Schakelvermogen:
zie inbouw-basiselement
Detectiehoek:
360°
Aantal lenssegmenten:
78
Aantal detectieniveaus:
5
NL
GB
