41
In daytime operation, the detector works independent
of brightness. Each detected movement triggers the
lighting for the shut-off delay.
In night operation, the detector switches only after it
is completely dark.
Withdraw the trim ring.
Adjust the brightness threshold with the
lux
poten-
tiometer (10) (Fig. 4).
In case the detector does not respond anymore to
detected movements in the night mode, setting ,
the potentiometer should be turned back by a
small amount in the direction of the sun symbol .
Snap the trim ring back in place.
In de dagstand werkt de detector helderheidsonafhan-
kelijk. Bij elke waargenomen beweging wordt de ver-
lichting voor de duur van de nalooptijd ingeschakeld.
In de nachtstand schakelt de detector pas bij volledige
duisternis.
Sierring lostrekken.
Met potentiometer
lux
(10) helderheiddrempel in-
stellen (afbeelding 4).
Indien de detector in de nachtstand, instelling ,
niet meer op herkende bewegingen reageert, dient
u de potentiometer een stukje richting te draaien.
Sierring opsteken.
NL
GB
Symbol Position
daytime
operation
fully
to the left
brightness
threshold
approx. 2…80 lux
twilight range
night operation
fully
to the right
Symbool Stand
Dagbedrijf
linker
eindaanslag
Helder-
heidsdrempel
ca. 2…80 Lux
tussengebied
Nachtbedrijf
rechter
eindaanslag
