94
• Rijd niet met uw scootmobiel in drukke gebieden wanneer u hem voor het eerst gebruikt. Een aanpassingsperiode is
nodig om het product onder de knie te krijgen.
• Gebruik op de openbare weg is gereguleerd. U moet eerst de fietspaden nemen. Bij het ontbreken hiervan mag u
uitsluitend rijden op wegen die beperkt zijn tot 50 km/u. Buiten de bebouwde kom mag je alleen op groenstroken en
fietspaden rijden.
• Op trottoirs, voetgangersgebieden, gebouwen of andere plaatsen die speciaal voor voetgangers zijn bestemd, moet u
zich verplaatsen met uw scooter in de hand.
• Neem contact op met de lokale autoriteiten om meer te weten te komen over eventuele verkeersbeperkingen
• Respecteer de markeringen op de grond, borden en de wegcode. Laat voetgangers passeren als u op uw scooter rijdt.
• Aarzel niet om uw aanwezigheid te melden aan andere gebruikers via de zoemer (bel).
• Houd tijdens het rijden met andere mensen een veilige afstand van ten minste 6 meter tussen u aan om het risico op
aanrijdingen te verminderen.
• Pas uw snelheid (en uw veiligheidsafstand) aan uw omgeving aan, zodat u uw scooter op elk moment kunt stoppen.
• Start of stop niet abrupt.
• Zorg ervoor dat u altijd voor iedereen zichtbaar bent, doe uw lichten aan en draag een vest (of andere retroreflecterende
uitrusting) elke keer dat u uw scooter gebruikt.
• Houd altijd uw handen aan het stuur wanneer u uw scootmobiel gebruikt. Het gebruik van smartphones of andere
voorwerpen tijdens het rijden is verboden. Het gebruik van oordopjes of koptelefoons is verboden.
• Het is verboden om met meer dan één persoon op uw scooter te rijden.
• Het maximale gewicht dat door de scooter wordt ondersteund, is 120 kg.
• Het niet opvolgen van deze gewichtsaanbevelingen zal de acceleratie- en remprestaties van uw scootmobiel
aantasten en kan u in gevaar brengen doordat het vermogen om veilig te vertragen of te stoppen vermindert.
• Houd uw lichaam in evenwicht bij het draaien om te voorkomen dat u valt door een verschuivend zwaartepunt of hoge
snelheden.
• Houd tijdens het rijden altijd uw voeten op het platform.
• Spring niet over obstakels met uw scootmobiel.
• Spring niet op het platform van uw scooter.
• Rijd niet op wegen die bezaaid zijn met losse voorwerpen, zoals takken, afval of kleine steentjes.
• Rijd niet met uw scootmobiel op wegen met obstakels of op gladde wegen waar het risico bestaat dat u grip verliest,
zoals op sneeuw, ijs of water. Dit kan leiden tot verlies van hechting en tot persoonlijk letsel en materiële schade.
• Vermijd het rijden op steile hellingen. Gebruik uw scootmobiel niet op steile hellingen. Snelheid opvoeren op een te
steile afdaling kan ertoe leiden dat de motoren en de batterij oververhit raken en uw vermogen om veilig te remmen
verminderen.
• Neem alle noodzakelijke veiligheidsmaatregelen wanneer u uw scootmobiel leert gebruiken. Houd er rekening mee
dat het gebruik van dit product kan leiden tot letsel of overlijden als gevolg van verlies van controle, botsingen of vallen.
• Als er zich een verkeersongeval voordoet tijdens het rijden met uw scooter, blijf dan kalm, beveilig het gebied en wacht
op bekwaam personeel dat de situatie verantwoordelijk en legaal zal behandelen.
• Gebruik uw scootmobiel niet in een onveilige omgeving, dwz waar er ontvlambare stoffen, dampen, vloeistoffen, stof of
vezels zijn die brand of explosie kunnen veroorzaken.
• Het achterspatbord mag niet als rem worden gebruikt. U loopt het risico uw scooter te beschadigen zonder uw snelheid
te verlagen.
• Het gebruik van uw scootmobiel onder invloed van alcohol en/of verdovende middelen is verboden.
Let op: Voor elk gebruik van een EDPM moet u een verzekering burgerlijke aansprakelijkheid hebben.