6. Optionales Zubehör
A) Ohrhörer
Ohrhörer können über die Ohrhöreranschlussbuchse mit dem Kassettenrekorder verbunden
werden. Bei Anschluss wird der eingebaute Lautsprecher gleichzeitig ausgeschaltet.
Ohrhörer müssen die folgenden technischen Spezifikationen haben.
Frequenzbereich:
ca. 100 – 10.000 Hz
Impedanz:
ca. 250
Ω
Anschluss:
3,5mm Mono-Klinkenstecker
B) Externes Mikrofon
Ein externes Mikrofon kann über die Mikrofonanschlussbuchse mit dem Kassettenrekorder
verbunden werden. Das eingebaute Mikrofon stellt sich bei Anschluss gleichzeitig aus.
Externe Mikrofone müssen die folgenden technischen Spezifikationen haben.
Frequenzbereich:
ca. 20 – 18.000 Hz
Impedanz:
ca. 50
Ω
Anschluss:
3,5mm Mono-Klinkenstecker
C) Netzteil
Als Stromquelle kann ein optionales Netzteil verwendet werden.
Stecken Sie den Niederspannungsstecker des Netzteils in die Stromeingangsbuchse des
Kassettenrekorders.
Das Netzteil muss die folgenden technischen Spezifikationen haben.
Eingang:
230V~/ 50Hz
Ausgang:
3V=/ 200mA
Polung:
Außendurchmesser des Steckers:
ø4,75mm
Innendurchmesser des Steckers:
ø1,7mm
28
9
4. Invoegen Batterij
Respecteer de correcte polariteit terwijl u de batterijen invoert. Verwijder de
batterijen indien het toestel niet gebruikt wordt gedurende een lange periode
om schade te vermijden door het lekken. Lekkende of beschadigde batterijen
kunnen brandwonden door zuur veroorzaken bij contact met de huid, gebruik
daarom passende beschermende handschoenen om de slechte batterijen te
behandelen.
Houd batterijen buiten het bereik van kinderen. Laat de batterij niet
rondslingeren, omdat er een risico bestaat dat kinderen of huisdieren ze
kunnen inslikken.
Vervang alle batterijen tegelijkertijd. Oude en nieuwe batterijen mengen in het
toestel kan leiden tot lekkende batterijen en schade aan het toestel.
Zorg ervoor dat batterijen niet ontmanteld worden, een kortsluiting
veroorzaken of in het vuur gegooid worden. Nooit niet-herlaadbare batterijen
herladen. Er bestaat een risico op explosie!
Vervang de batterij als de indicator van de batterij vaag wordt.
Glijd het deksel van het batterijvak uit. Om de batterijen te verwijderen, trekt u gewoon aan
het lint.
Voer twee Mignon (“AA”) batterijen in, en bewaar de polariteit (“+” = positief, “-“ = negatief).
Zorg ervoor dat het lint onder de batterij ligt.
Sluit deksel van het batterijvak.
1.
2.
3.
4.
