Nederlands 31
5.1 Versterker configureren
Twee audiobronnen kunnen aangesloten worden op de symmetrische XLR-bussen (13). Bij
het aansluiten van een microfoon moeten de bijbehorende jumpers geconfigureerd worden.
Bij het gebruik van microfoons met fantoomvoeding kan een fantoomspanning van 40 V
worden bijgeschakeld.
Ingang IN3 (12) is uitsluitend voorzien voor apparaten met Line-niveau en kan niet gecon-
figureerd worden met jumpers. In de standaardinstelling is ingang IN1 op „Microfoon“ met
fantoomspanning, ingang IN2 op „Line IN“ zonder fantoomspanning geconfigureerd.
Om de standaardinstelling te wijzigen,
trekt u eerst het netsnoer uit het stopcontact.
Pas daarna verwijdert u het deksel van de behuizing en configureert u het apparaat volgens
de onderstaande instructies:
Fig. jumper-posities
* Met ingeschakelde fantoomspanning mag een microfoon of Line-IN-apparaat met asym-
metrische uitgang niet aangesloten worden, daar deze beschadigd kunnen worden.
Jumper / Brug
Functie
Open
Gesloten
Toestand
IN1
S1 / S2
Fantoomspanning IN1 *
Uit
Aan
Aan (Gesloten)
S3
Gevoeligheid IN1
Microfoon
Line In
Mikrofon (Open)
IN2
S4
Empfindlichkeit IN2
Microfoon
Line In
Line In (Gesloten)
S5 / S6
Gevoeligheid IN2 *
Uit
Aan
Uit (Open)
IN3
-
-
- - -
