6
Nl
Volg de onderstaande procedure om de basisbediening voor het afspelen te starten zodra u alle kabels hebt aangesloten
en de voorbereiding met de afstandsbediening hebt uitgevoerd.
1
(aan/uit):
hiermee schakelt u het toestel in of
zet u het in de waakstand.
2
Ingangsknoppen:
hiermee selecteert u de
ingangsbron waarnaar u wilt luisteren.
3
UNIVOLUME:
hiermee schakelt u de
UniVolume-modus in en uit. (
p. 7)
4
CLEAR VOICE:
hiermee schakelt u de modus
Clear voice in en uit. (
5
AUDIO DELAY:
hiermee schakelt u de modus
voor het regelen van de audiovertraging in en uit.
(
6
SURROUND/STEREO:
hiermee schakelt u
tussen de surround- en stereomodus. (
7
SUB/–:
hiermee regelt u het
subwoofervolume. (
p. 8)
8
/–:
hiermee regelt u het volume.
9
MUTE:
hiermee schakelt u de dempingsmodus in
p. 8)
Voor u de batterijen plaatst of de afstandsbediening
gebruikt, dient u eerst de voorzorgsmaatregelen
betreffende de afstandsbediening en de batterijen te lezen
bij "Opmerkingen over afstandsbedieningen en
batterijen" (
p. 1).
Gebruik de afstandsbediening binnen een straal van 6 m
vanaf het hoofdapparaat en richt deze naar de
afstandsbedieningssensor.
Bediening
Afstandsbediening
1
2
8
9
5
3
6
4
7
De batterijen plaatsen
Bedieningsbereik
1
3
2
Maximaal 6 m