Een microfoon gebruiken (CVP-305/303)
Het microfoongeluid en het Harmony-geluid aanpassen
CVP-305/303/301 Gebruikershandleiding
162
■
COMPRESSOR
Dit effect houdt het uitgangssignaal laag als het ingangssignaal van de microfoon
een aangegeven niveau overschrijdt. Dit is vooral handig voor het gelijkmatiger
maken van zangstemmen met een grote wisselende dynamiek. Het komt erop neer
dat het signaal wordt 'gecomprimeerd', zodat zachte gedeeltes harder klinken en
hardere gedeeltes zachter.
• SW (schakelaar)
Hiermee wordt de compressor aan- of uitgezet.
• TH. (Threshold)
Hiermee wordt het ingangsniveau aangepast waarop de compressie zal worden
toegepast.
• RATIO
Hiermee bepaalt u de hoeveelheid compressie.
• OUT
Past het uiteindelijke uitgangsniveau aan.
■
VOCAL HARMONY CONTROL
De volgende parameters bepalen hoe de harmony wordt geregeld.
• VOCODER CONTROL
Het Vocal Harmony-effect in de Vocoder-modus (pagina 163) wordt aangestuurd
door nootdata (de noten die u op het toetsenbord speelt en/of de noten van de
songdata). Met deze parameter kunt u bepalen welke noten worden gebruikt om
de harmony te besturen.
• BAL.
Hiermee kunt u de balans instellen tussen de solostem (uw eigen stem) en Vocal
Harmony. Door deze waarde te verhogen wordt het volume van de Vocal
Harmony verhoogd en dat van de solostem verlaagd.
Als dit is ingesteld op L<H63 (L: Lead Vocal, H: Vocal Harmony), gaat alleen
Vocal Harmony naar de uitgang; als het is ingesteld op L63>H, gaat alleen de
solostem naar de uitgang.
SONG CHANNEL
MUTE/PLAY
Bij de instelling 'MUTE' wordt het hieronder geselecteerde
kanaal (dat de Harmony aanstuurt) gedempt (uitgezet) tijdens
het afspelen van songs.
OFF/Channels 1–16
Bij de instelling 'OFF' wordt de harmony-besturing door
songdata uitgeschakeld. Bij één van de instellingen 1–16,
worden de nootdata (gespeeld door een song op de CVP of
een externe MIDI-sequencer) van het corresponderende
kanaal gebruikt om de harmony te besturen. Deze instelling is
gekoppeld aan de instelling HARMONY CH in de display
SONG SETTING (pagina 131).
KEYBOARD
OFF
De toetsenbordbesturing van de harmony wordt uitgezet.
UPPER
De noten die rechts van het splitpunt worden gespeeld,
besturen de harmony.
LOWER
De noten die links van het splitpunt worden gespeeld,
besturen de harmony.