Eden, Eden-E
2020-01
Voor gebruik
5
NL
De zitschaalstoel voldoet aan de vereisten die zijn vastgelegd in:
ISO 7176-8: Eisen en beproevingsmethoden voor statische, bots en vermoeiingsproeven.
EN 1021-1, EN1021-2: Weerstand tegen ontbranding van gestoffeerde onderdelen.
2.4
Transport en opbergen
Kans op letsel
Let op als u met de stoel door nauwe doorgangen gaat.
Vergewis u ervan dat er zich geen objecten, obstakels of andere personen in de doorgang
bevinden.
Gebruik geen oprijplaten met een te grote hellingshoek, zie de technische specificaties in §5.
Gebruik de zitschaalstoel nooit om een patiënt te vervoeren.
2.4.1 Opzijzetten
1. Breng de stoel naar zitstand, zie §3.4.
2. Zet de remmen vrij en gebruik de wielen om de zitschaalstoel te verplaatsen en naar zijn
eindbestemming te rollen, zie §3.1.
Als dit niet mogelijk is, vraag assistentie om de stoel met twee personen op te tillen en naar zijn
bestemming te voeren.
1. Neem het frame en zitschaal met beide handen goed vast en til de stoel van de grond. Neem
de stoel niet aan de beensteun of wielen vast.
2.4.2 Transport in een voertuig
Kans op letsel
Gebruik uw zitschaalstoel NIET als zitplaats in een voertuig, zie symbool hiernaast.
Gebruik nooit dezelfde veiligheidsgordel voor passagier en zitschaalstoel.
1. Plaats de stoel in het voertuig volgens de instructies in §2.4.1.
2. Berg de stoel en zijn onderdelen op in de bagageruimte. Als de bagage en passagiers
compartimenten niet gescheiden of afgesloten zijn, maak dan het frame van de zitschaalstoel
goed vast aan het voertuig. Hiervoor kan u een beschikbare veiligheidsgordel gebruiken.
3. Zet na het inladen de remmen op, zie §3.1.
2.4.3 Opbergen
Kans op schade
Zorg ervoor dat uw zitschaalstoel droog opgeslagen wordt om schimmelgroei en schade aan de
bekleding te voorkomen, zie ook de technische details in §5.
VOORZICHTIG
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
U kan een oprijplaat gebruiken om de stoel naar een hoger of lager niveau te duwen.