Voor afzonderlijke gebruik van de afstandsbediening voor elke
binneneenheid, voor het geval dat 2 airconditioners dicht bij elkaar
geïnstalleerd zijn.
Instelling afstandsbediening B.
1. Druk op de RESET-toets op de binneneenheid om de airconditioner aan
te schakelen.
2. Richt de afstandsbediening op de binneneenheid.
3. Houdt de [CHK] toets op de afstandsbediening ingedrukt met de punt
van de stift. “00” verschijnt in de display.
4. Druk tegelijkertijd op MODE en [CHK]. “B” verschijnt nu in de display en
“00” verdwijnt en de airconditioner schakelt uit. De afstandsbediening B
wordt in het geheugen opgeslagen.
Opmerking:
1. Herhaal de
bovengenoemde
stap om de
afstandsbediening
in te stellen op A.
2. Voor de
afstandsbediening
A verschijnt geen
“A” in de display.
3. De van
fabriekswege
ingestelde
standaardwaarde
van de
afstandsbediening
is A.
TIMERGESTUURDE WERKING
10
ON/OFF Timer instellen
1. Druk op ON of OFF.
2. Druk op SET : Stel de timer in.
3. Druk op CLR : Annuleer de timer.
4. Druk op
START/STOP : stop de timer van de airconditioner.
Opmerking:
• Indien u niet, binnen 30 seconden, op SET, ON of OFF drukt, wordt de
timerinstelling geannuleerd.
MODE
AUTO
COOL
FAN
TEMP.
TEMP.
START/STOP
SWING
MODE
TIMER
ON
OFF SET CLR
ECO
RST CHK
FIX
FAN
AUTO
QUIET
HEAT
DRY
B
B
AUTOMATISCHE HERSTART
11
Om de airconditioning automatisch te herstarten na een stroomuitval (Toestel
moet zijn aangeschakeld.)
Instelling
1. Houdt de RESET-toets op de binneneenheid 3 seconden ingedrukt, om
de bedrijfsfunctie te starten. (3 pieptonen en het OPERATION-lampje
knippert, gedurende 5 seconden, 5 keer per seconde)
• Bedien niet ON-timer en OFF-timer.
2. Houdt de RESET-toets op de binneneenheid 3 seconden ingedrukt, om
de bedrijfsfunctie te annuleren. (3 pieptonen maar het OPERATION-
lampje knippert niet)
De ventilator zal aan een superlaag toerental gaan draaien voor een stille
werking (uitgezonderd in DRY-modus)
Druk op
FAN : Kies de QUIET-functie.
Opmerking:
Onder bepaalde omstandigheden is het mogelijk, dat het
QUIET-bedrijf, wegens zijn specifieke eigenschappen, niet
voldoende koeling of verwarming levert.
STILLE WERKING
12
WERKING EN PRESTATIES
14
1. Beveiligingsfunctie van drie minuten: Voorkomt dat het toestel
gedurende 3 minuten kan worden gestart nadat het plots werd herstart
of aangeschakeld.
2. Voorverwarming: Laat het toestel 5 minuten opwarmen voor het begint
te verwarmen.
3. Warmeluchtregeling: Wanneer de kamertemperatuur de
insteltemperatuur bereikt, wordt het ventilatortoerental automatisch
verlaagd en stopt de buitenmodule.
4. Automatisch ontdooien: Bij het ontdooien werken de ventilatoren niet.
5. Warmvermogen: Warmte wordt geabsorbeerd van buiten en binnen
afgegeven. Wanneer het buiten te koud is, gebruikt u bij voorkeur een
verwarmingstoestel samen met de airconditioning.
6. Hou rekening met sneeuwophoping: Stel de buitenmodule zo op dat ze
niet is blootgesteld aan ophoping van sneeuw, bladeren of dergelijke.
7. Tijdens het bedrijf van het apparaat is soms een kraakgeluid te horen.
Dit is normaal, daar een kraakgeluid veroorzaakt kan worden door de
uitzetting/ krimping van kunststof.
Opmerking:
Punt 2 tot 6 voor verwarmingsmodel
Werkingsvoorwaarden
Temp.
Functie
Buitentemperatuur
Kamertemperatuur
137, 167SKV-E
107SKV-E
Verwarming
-15°C ~ 24°C
-10°C ~ 24°C
Minder dan 28°C
Koeling
-10°C ~ 46°C
15°C ~ 43°C
21°C ~ 32°C
Droog
-10°C ~ 46°C
15°C ~ 43°C
17°C ~ 32°C
Toestel werkt niet.
Gebrekkige koeling of
verwarming.
• De hoofdschakelaar staat af.
• De stroomonderbreker
werd geactiveerd om de
stroomvoorziening te
onderbreken.
• Geen stroom.
• ON timer is ingesteld.
• De filters zitten vol stof.
• De temperatuur is niet correct
ingesteld.
• Deuren of vensters staan open.
• De luchtuitlaat of –inlaat van de
buitenmodule is afgesloten.
• Het ventilatortoerental is te laag
ingesteld.
• Werkingsstand FAN of DRY.
STORINGEN VERHELPEN
(CONTROLES)
15
A-B SELECTIE AFSTANDSBEDIENING
16
Schakel eerst de stroomonderbreker uit.
Filter terugzetten (alleen voor sommige modellen)
Het FILTER-lampje brandt; de filter moet gereinigd worden.
Om het lampje uit te schakelen, moet u, op het binnenapparaat, op de
RESET-toets drukken.
Binnenmodule en afstandsbediening
• Reinig de binnenmodule en de afstandsbediening met een vochtige
doek indien nodig.
• Gebruik geen benzine, thinner, schuurpoeder noch chemisch behandeld
stofdoek.
ONDERHOUD
13
NL
Содержание SAV Series
Страница 50: ...1110250121 ...