34
Fig 14 en 14A: Om de zwarte hendel te gebruiken moet eerst de besturingshendel worden
geactiveerd. Door de besturingshendel naar rechts of links te bewegen activeert u de zwarte
hendel, waarmee de frees voor- of achteruit wordt gereden. alleen lilli 532 en 572 is uitgerust
met een achteruitversnelling.
Let goed op wanneer u de frees keert. Voordat u keert dient u eerst alle obstakels uit de
werkzone te verwijderen. Keer de frees nooit tegen een muur, boom of een ander vast
obstakel.
Als de frees de neiging heeft om zich in te graven, kunt u verschillende dingen doen. U kunt
de rechter- en linkerbladen verwisselen. Hierdoor gebruikt de frees de achterkant van het
blad voor het frezen, waardoor het ingraven moeilijker wordt. Daarnaast kunt u de
zijbescherming monteren. Dit voorkomt ook dat de tuinfrees zich ingraaft.
In dit geval moet de diepteregeling altijd in de bovenste inkeping worden geplaatst. Zie ook
het gedeelte over diepteregeling.
Naast de snelheid van de motor wordt de snelheid geregeld via de diepteregeling, die zich
achter de machine bevindt.
Niet cultiveren in zeer natte grond, omdat zich dan klompen aarde vormen die moeilijk te
breken zijn. Droge en harde grond moet mogelijk tweemaal worden gecultiveerd.
De buitenste bladen kunnen worden losgekoppeld als de frees tussen smalle rijen planten
en gewassen wordt gebruikt. Hierdoor wordt de werkbreedte kleiner.
De grond kan in twee richtingen worden gefreesd, waardoor een optimaal resultaat wordt
bereikt. Afbeelding 9.
Wacht altijd totdat de bladen zijn gestopt met draaien voordat u een andere hendel
activeert.
Het is belangrijk dat u de tuinfrees niet probeert tegen te houden. De machine moet
ontspannen worden gebruikt.
Overbelast de tuinfrees niet. Rijd altijd voorzichtig.
Diepteregeling
De diepteregeling kan worden aangepast voor frezen in drie verschillende dieptes. Hoe
dieper de diepteregeling in de grond zit, hoe dieper de freesbladen werken en hoe
langzamer de machine vooruit gaat. Bij de juiste cultiveerdiepte wordt uw werk lichter. De
juiste freesdiepte is afhankelijk van de grond. U wordt aangeraden verschillende pogingen te
doen om te zien welke diepte moet worden gebruikt, zodat u optimaal in de grond kunt
werken.
Om het te regelen, de dieptevoet achterwaarts naar boven trekken tot een goede diepte
wordt bekomen, vervolgens het terug verticaal plaatsen tot het in een inkeping past. De
diepteregeling kan worden aangepast aan verschillende dieptes. Hoe dieper de
diepteregeling in de grond gaat, hoe dieper de frees werkt.
De juiste instelling is afhankelijk van de grond.