vochtigheid (toegestaan omgevingstemperatuur-
bereik: 0 – 40 °C).
G
Plaats geen bekers met vloeistof zoals drinkgla-
zen etc. op het apparaat.
G
Schakel het toestel niet in resp. trek onmiddellijk
de stekker uit het stopcontact,
1. wanneer het apparaat of het netsnoer zichtbaar
beschadigd is,
2. wanneer er een defect zou kunnen optreden
nadat het apparaat bijvoorbeeld is gevallen,
3. wanneer het apparaat slecht functioneert.
Het apparaat moet in elk geval worden hersteld
door een gekwalificeerd vakman.
G
Trek de stekker nooit met het snoer uit het stop-
contact, maar met de stekker zelf.
G
Verwijder het stof met een droge, zachte doek.
Gebruik zeker geen water of chemicaliën.
G
In geval van ongeoorloofd of verkeerd gebruik,
verkeerde aansluiting, foutieve bediening of van
herstelling door een niet-gekwalificeerd persoon
vervalt de garantie en de verantwoordelijkheid
voor hieruit resulterende materiële of lichamelijke
schade.
3
Toepassingen
Het apparaat DMP-220 is een combinatie van twee
audiospelers waarmee u mp3-bestanden van USB-
sticks en SD / MMC-kaarten (tot 2 GB, FAT 32) kunt
afspelen. Hij is speciaal voor professionele DJ-toe-
passingen ontworpen. Veel functies zijn precies op
dit toepassingsgebied afgestemd, b.v. het afspelen
van een individuele track, het naadloos afspelen van
een loop, de functie Pitch Bend.
4
Het apparaat opstellen en aansluiten
Het apparaat is voorzien voor montage in een
19" rack (482 mm), maar kan ook vrij worden opge-
steld. Voor de montage in een rack zijn 3 HE (1 HE =
rack-eenheid = 44,45 mm) nodig.
De in- en uitgangen mogen enkel worden aange-
sloten en gewijzigd, wanneer de DMP-220 en de
aan te sluiten apparatuur is uitgeschakeld.
1) Verbind de audio-uitgangen van de beide spelers
[OUTPUT 1 (23) voor speler 1 en OUTPUT 2 (20)
voor speler 2] via cinchkabels met twee cd-spe-
leringangen op een mengpaneel of op een ver-
sterker (L = linker kanaal, R = rechter kanaal).
2) Verbind het netsnoer eerst met de POWER-jack
(21) en plug dan de stekker in een stopcontact
(230 V~/50 Hz).
5
Bediening
De bediening is identiek voor speler 1 en speler 2.
5.1 Gegevensdrager afspelen
1) Sluit op elke speler de muziekgegevensdrager(s)
aan:
– Schuif een SD-kaart (ook MMC-kaart moge-
lijk), met de contacten naar boven en de
afschuinde hoek naar links in de kaartsleuf (2).
– Plug de USB-stick in de USB-aansluiting (3).
2) Schakel het apparaat in met de toets
(19). Als
per speler slechts
één gegevensdrager is aange-
sloten, wordt deze automatisch geselecteerd. Als
er
twee gegevensdragers per speler zijn aange-
sloten, selecteert de speler na het inschakelen de
USB-stick. Om tussen de gegevensdrager te wis-
selen, drukt u op de toets SD/USB (6). De toe-
stand van de toets geeft aan, welke gegevens-
drager geselecteerd is: De toets licht niet op =
USB-stick, toets licht op = SD-kaart. Na omscha-
keling naar de andere gegevensdrager staat de
speler aan de 1ste track ervan in pauze.
Als er
geen gegevensdrager is aangesloten,
verschijnt op het display “no USB” (“no card” als
op de toets SD/USB wordt gedrukt). Als u een
gegevensdrager op een ingeschakeld apparaat
aansluit, dan wordt hij niet automatisch herkend,
maar moet hij evt. via de toets SD/USB worden
geselecteerd.
Opmerking:
Als u de toets SD
/
USB langer ingedrukt
houdt, schakelt de speler naar een rustmodus (display-
bericht “P- OFF”). Door op de toets te tippen, verlaat u
opnieuw de rustmodus.
3) Na het inschakelen geeft het display kort het
totale aantal tracks (A) en het totale aantal map-
pen (B) op de gegevensdrager weer evenals het
displaybericht TOTAL (L). Daarna wordt naar de
eerste track (A) in de eerste map (B) gewisseld.
De volgende basisinstellingen zijn actief na het
inschakelen:
– De bedrijfsmodus “Continue” is ingesteld
→
hoofdstuk 5.2.
– De speler staat aan op Auto Cue-punt van de
eerste track in de pauzestand
→
hoofdstuk
5.3.1.
– Het display is ingesteld op de weergave van de
reeds verstreken speeltijd
→
hoofdstuk 5.1.1.
– De instelling van de regelaar PITCH (5) is
geactiveerd en wordt weergegeven door het
oplichten van de toets PITCH (13) en het dis-
playbericht PITCH (G)
→
hoofdstuk 5.9.
4) Om de eerste track te starten, drukt u op de toets
(16); om een andere track te selecteren, zie
hoofdstuk 5.1.2.
Tijdens het afspelen licht de toets
op; op
het display verschijnt
(H). Met de toets kunt u
tussen pauze en weergave omschakelen. In de
pauzemodus knippert de toets
; op het display
verschijnt
(H). Als er mbt. de track tekstgege-
vens (ID3-tags) beschikbaar zijn, lopen deze
Wanneer het apparaat definitief uit bedrijf
wordt genomen, bezorg het dan voor
milieuvriendelijke verwerking aan een
plaatselijk recyclagebedrijf.
Preste atención a los siguientes puntos bajo cual-
quier circunstancia:
G
El aparato está adecuado sólo para utilizarlo en
interiores. Proteja el aparato de goteos y salpica-
duras, elevada humedad del aire y calor (tempe-
ratura ambiente admisible: 0 – 40 ºC).
G
No coloque ningún recipiente con líquido encima
del aparato, p. ej. un vaso.
G
No utilice el aparato y desconecte inmediata-
mente la toma de corriente del enchufe si:
1. El aparato o el cable de corriente están visible-
mente dañados.
2. El aparato ha sufrido daños después de una
caída o accidente similar.
3. No funciona correctamente.
Sólo el personal cualificado puede reparar el apa-
rato bajo cualquier circunstancia.
G
No tire nunca del cable para desconectar el
enchufe de la toma de corriente, tire siempre del
enchufe.
G
Utilice sólo un paño suave y seco para la limpieza;
no utilice nunca ni agua ni productos químicos.
G
No podrá reclamarse garantía o responsabilidad
alguna por cualquier daño personal o material pro-
ducido si se utiliza el aparato para fines diferentes
a los originalmente concebidos, si no se conecta o
se utiliza correctamente, o sino se repara por
expertos.
3
Aplicaciones
El aparato DMP-220 combina 2 lectores de audio
que permiten reproducir archivos MP3 desde lápi-
ces USB o tarjetas SD/MMC (hasta 2 GB, FAT32).
Está diseñado especialmente para aplicaciones de
DJ profesional. Muchas de las características fun-
cionales se han adaptado especialmente para este
nivel de aplicaciones, p. ej. la reproducción de pista
individual, la reproducción de un bucle continuo, o el
Pitch Bend.
4
Configuración y Conexión del Aparato
El aparato está previsto para su instalación en rack
(482 mm/19"); sin embargo, también puede colocarse
donde lo desee. Para la instalación en un rack, se
necesitan 3 U de rack (U = Espacio rack = 44,45 mm).
Antes de hacer o cambiar cualquier conexión,
apague el DMP-220 y los aparatos que se van a
conectar.
1) Conecte las salidas de audio de los dos lectores
[OUTPUT 1 (23) para el lector 1 y OUTPUT 2 (20)
para el lector 2] mediante cables con conectores
RCA a dos entradas para lector CD en un mez-
clador o a un amplificador (L = canal izquierdo,
R = canal derecho).
2) Conecte el cable de corriente entregado a la
toma de corriente (21) y luego al enchufe
(230 V~/50 Hz).
5
Funcionamiento
El funcionamiento del lector 1 y del lector 2 es idén-
tico.
5.1 Reproducción de un porta-datos
de música
1) Inserte el o los porta-datos de música en cada
lector:
– Inserte una tarjeta SD (también MMC) con los
contactos mirando hacia arriba y la esquina
biselada hacia la izquierda en la ranura de tar-
jeta (2) hasta que encaje.
– Inserte un lápiz USB en el puerto USB (3).
2) Conecte el aparato con el botón
(19). Si sólo se
ha insertado
un porta-datos en cada lector, se
selecciona automáticamente este porta-datos. Si
se han insertado
dos porta-datos en cada lector, el
lector selecciona el lápiz USB después de la cone-
xión. Para cambiar entre los porta-datos, pulse el
botón SD/USB (6). El estado del botón muestra
qué porta-datos se ha seleccionado: Botón no ilu-
minado = lápiz USB; botón iluminado = tarjeta SD.
Después de pasar al otro porta-datos, el lector se
pone en pausa en su primera pista.
Si
no hay ningún porta-datos insertado, el
visualizador indica “no USB” (“no card” si el botón
SD/USB está pulsado). Si un porta-datos se
inserta mientras el aparato está conectado, este
no lo reconoce automáticamente, puede ser
necesario seleccionarlo mediante el botón
SD/USB.
Nota:
Cuando el botón SD
/
USB se mantiene pulsado
durante un largo periodo de tiempo, el lector pasa a
modo Sleep (se indica “P-OFF” en el visualizador).
Para salir del modo Sleep, pulse brevemente el botón.
3) Después de la conexión, el visualizador muestra
brevemente el número total de todas las pistas
(A) y el número total de todas las carpetas (B) en
el porta-datos; también muestra la indicación
TOTAL (L). A continuación pasa a la primera
pista (A) de la primera carpeta (B).
Después de la conexión, están activos los
siguientes ajustes básicos:
– El modo de funcionamiento ajustado es “Con-
tinue”
→
apartado 5.2.
– El lector se queda en pausa en el punto
Cue automático de la primera pista
→
apar-
tado 5.3.1.
Si va a poner el aparato definitivamente
fuera de servicio, llévelo a la planta de reci-
claje más cercana para que su eliminación
no sea perjudicial para el medioambiente.
20
E
NL
B