53
Nederlands
Kiezen met stem
Als u spraakopdrachten wilt gebruiken,
moet u eerst spraakbesturing in uw
telefoon activeren en gesproken
opdrachten opnemen. Raadpleeg de
gebruikershandleiding van de telefoon
voor meer informatie.
Bellen met spraakopdrachten
1
Druk op . Het pictogram
wordt
weergegeven.
2
Zeg na de toon de naam van het
contact dat u wilt bellen.
Instellingen
Na de eerste koppeling wordt
u automatisch gevraagd welke taal
u in de autospeakertelefoon wilt
gebruiken. U kunt deze taal later
wijzigen.
De geselecteerde taal wijzigen
1
Druk op de menutoets.
2
Blader naar
Instellingen
en druk op
de menutoets (of ).
3
Blader naar
Taal
en druk op de
menutoets (of ).
4
Blader naar de gewenste taal en druk
op de menutoets (of ).
5
Druk op
om telkens één stap terug
te gaan. Houd
ingedrukt om terug
te gaan naar de inactieve stand.
Wanneer u de taal verandert, verandert
ook de taal van het menu, inclusief de
uitspraak. De namen in het telefoonboek
en de gesprekkenlijst worden echter nog
steeds in het Nederlands uitgesproken.
This is the Internet version of the User's guide. © Print only for private use.