19
Voor de installatie
geluidstoename zijn.
❑
Ronde pijpen:
Aanbevolen interne diameter:
125 mm
❑
Platte afvoerpijpen
moeten een interne
dwarsdoorsnede hebben die gelijk is
gesteld aan die van ronde pijpen.
Er moeten geen scherpe bochten zijn.
Ø 125 mm ongeveer 113 cm
2
.
❑
Als de pijpen verschillende diameters
hebben:
Een afdichtstrip invoeren.
❑
Voor het gebruik als afzuigend
apparaat,
zorg ervoor dat er voldoende
toevoer van frisse lucht is.
Een Ø 125 mm luchtuitlaatpijp verbinden:
❑
Monteer de pijp direct op de luchtuitlaat
op de kap.
Recirculatie kap
❑
Met actief koolstoffilter indien het gebruik
als afzuigend apparaat niet mogelijk is.
De volledige montageset is verkrijgbaar
bij gespecialiseerde verkooppunten
.
De overeenkomende nummers van de
toebehoren zijn aan het einde van deze
Gebruiksaanwijzingen te vinden.
Afzuigend apparaat
De afgezogen lucht wordt aan de bovenkant
naar buiten toe afgevoerd door een
ventilatieschacht of direct door de
buitenwand.
Als de kap als afzuigend apparaat
gebruikt wordt,
moet er een eenrichtingklep
binnen de wand ventilator doos gemonteerd
worden.
Indien er met de kap geen eenrichtingklep is
geleverd, kan deze aangeschaft worden bij
gespecialiseerde verkooppunten.
Montage van de eenrichtingklep:
❑
Klik de eenrichtingklep in de luchtpijp.
De twee licht geveerde kleppen moeten
omhoog kunnen bewegen.
Indien de afgezogen lucht naar buiten
wordt afgevoerd,
dient er in de buitenmuur
een telescopische wanddoos geplaatst te
worden.
❑
Voor een optimale werking van de
afzuigkap:
❑
korte, rechte luchtafvoerpijp.
❑
zo min mogelijke bochten in de pijp.
❑
zo groot mogelijk pijpdiameter en geen
scherpe bochten in de pijp.
Indien een lange, niet vlakke
luchtafvoerpijp, met veel bochten of
een te kleine pijpdiameter wordt
gebruikt, zal de zuigcapaciteit niet
meer optimaal zijn en er zal ook een