www.scheppach.com
NL | 61
Als u het insteekgereedschap hebt gecontro-
leerd en geplaatst hebt, houd uzelf en mensen
die zich in de buurt bevinden buiten het vlak
van de draaiende inbrengen gereedschap in
en laat het apparaat voor een minuut op maxi-
male snelheid lopen.
Beschadigde inzetstukken
breken normaal gesproken in de testtijd.
h) Draag uw persoonlijke beschermingsuitrus-
ting. Gebruik afhankelijk van de toepassing
volledige gezichtsbescherming, oogbescher-
ming of een veiligheidsbril. Draag eventueel
een stofmasker, gehoorbescherming, veilig-
heidshandschoenen of een speciaal schort
die kleine schurende en materiële deeltjes van
u weghoudt.
De ogen moeten worden beschermd
tegen splinters die bij verschillende toepassingen
ontsttaan. Stof- of luchtwegmasker moet het tij-
dens het gebruik ontstane stof filteren.
Als u lan-
gere tijd aan harde geluiden wordt blootgesteld,
kan dit tot gehoorverlies lijden.
i) Let op dat overige personen zich op een vei-
lige afstand bevinden ten opzichte van uw
werkomgeving. Een ieder die de werkomge-
ving betreedt, moet een persoonlijke bescher-
mingsuitrusting dragen.
Fragmenten van het
werkstuk of gebroken inzetstukken kunnen weg-
vliegen en verwondingen veroorzaken, ook buiten
het directe werkbereik.
j) Houd elektrisch gereedschap uitsluitend aan
de geïsoleerde greepoppervlakken vast indien
u werkzaamheden uitvoert, waarbij het inzet-
stuk verborgen stroomleidingen of het eigen
netsnoer kan raken.
Als de machine in contact
komt met een onder spanning staande kabel,
kunnen de metalen onderdelen van het apparaat
onder spanning komen te staan en elektrische
schokken veroorzaken.
k) Houd het netsnoer uit de buurt van roterend
gereedschap.
Als u de controle over het apparaat
verliest, kan het netsnoer doorgesneden worden
of blijven haken en kan u hand of arm in het draai-
ende insteekgereedschap terecht komen.
l) Leg het elektrische gereedschap nooit weg
voordat het insteekgereedschap volledig tot
stilstand is gekomen.
Het roterende insteekge-
reedschap kan in contact komen met het steun-
vlak, zodat u de controle over het gereedschap
verliest.
Veiligheidsvoorschriften voor alle toepassingen
Gemeenschappelijke veiligheidsvoorschriften
voor slijpen, werken met staalborstels, polijsten:
a) Dit elektrisch apparaat moet worden gebruikt
als slijper, staalborstel, polijster. Lees alle vei-
ligheidsvoorschriften, aanwijzingen, afbeel-
dingen en gegevens door, die bij dit apparaat
zijn meegeleverd.
Als u alle volgende aanwijzin-
gen niet in acht neemt, kan dit tot een elektrische
schok, brand en/of ernstige verwondingen leiden.
b) Dit elektrisch apparaat is niet geschikt voor
het snijden van gaten en doorslijpen.
Toepas-
singen waarvoor het elektrische gereedschap niet
bedoeld is, kunnen gevaren en verwondingen ver-
oorzaken.
c)
Gebruik geen inzetstukken, die niet specifiek
bedoeld zijn en aanbevolen worden door de
fabrikant voor dit elektrische apparaat.
Alleen
omdat u het het accessoire op uw elektrisch ge-
reedschap past, wil niet zeggen dat het ook veilig
gebruikt kan worden.
d) Het toegestane toerental van het inzetstuk
moet minimaal zo hoog zijn als het op het
elektrisch gereedschap aangegeven maxima-
le toerental.
Inzetstukken die sneller draaien dan
toegestaan, kunnen afbreken en weggeslingerd
worden.
e) De buitendiameter en de dikte van het inzet-
stuk moeten overeenkomen met de afmetin-
gen van uw elektrisch gereedschap.
Verkeerd
gedimensioneerde inzetstukken kunnen niet vol-
doende worden afgeschermd of gecontroleerd.
f) Inzetstukken met schroefdraadinzet moeten
exact op het schroefdraad van de slijpspil pas-
sen. Bij inzetstukken, die door middel van een
flens worden gemonteerd, moet de gatdiame
-
ter van het inzetstuk bij de opnamediameter
van de flens passen.
Inzetstukken die niet exact
op het elektrisch apparaat kunnen worden beves-
tigd, draaien ongelijkmatig, trillen zeer sterk en
kunnen tot verlies van de controle leiden.
g) Gebruik geen beschadigde inzetstukken. Con-
troleer voor elk gebruik insteekgereedschap-
pen zoals schuurschijven op afsplitsingen en
scheuren, schuurpad op scheurtjes, slijtage
of overmatige slijtage, staalborstels op los-
se of gebarsten draden. Als het elektrische
gereedschap of het insteekgereedschap valt,
controleer dan of het beschadigd is, of ge-
bruik een onbeschadigd insteekgereedschap.