84
Comfort-modus
Om de CONFORT modus te activeren, drukt u eenmaal op de MODE
toets.
Het bericht “CON” verschijnt kort, samen met een geluidssignaal.
In de CONFORT modus kan de gewenste temperatuur worden ingesteld met
de PLUS
en MIN
toetsen. De radiator blijft ingeschakeld totdat de
kamer de geselecteerde temperatuur heeft bereikt.
Het CONFORT-programma wordt op het scherm weergegeven door middel
van een pijl die naar het zonnesymbool wijst en de comforttemperatuur op
het scherm weergeeft.
De gekozen temperatuur zal worden gebruikt in de WEKELIJKSE
PROGRAMMERING modus. Als de ingestelde temperatuur voor de periodes
in de Comfortmodus.
Nachtstand
Om van de CONFORT modus over te schakelen naar de NACHT modus, drukt u
nogmaals op de MODE
toets. A palavra “RID” aparecerá brevemente junto
com um sinal acústico.
Het woord “RID” verschijnt kort, samen met een akoestisch signaal.
In deze modus kan de gewenste temperatuur worden ingesteld met de PLUS
en MIN
.
Deze temperatuur is niet afhankelijk van de comforttemperatuur en wordt
meestal gebruikt om een temperatuur lager dan 19°C in te stellen, ideaal
voor een nachtrust. Het nachtverlichtingsprogramma wordt aangegeven
door een pijl die naar het maansymbool wijst en wanneer op het scherm de
temperatuur van de nachtmodus wordt weergegeven.
De gekozen temperatuur zal worden gebruikt in de WEKELIJKSE
PROGRAMMERING modus. Als de ingestelde temperatuur voor perioden in
Nachtmodus.
Anti-vorststand
Om van de NIGHT modus over te schakelen naar de ANTIFREEZE modus, drukt
u nogmaals op de MODE
toets.
In deze bedrijfsmodus kan de gebruiker de temperatuur niet regelen,
maar blijft deze vast ingesteld op 7°C. In de antivriesstand geeft de pijl het
sneeuwvloksymbool aan en wordt 7 ° C op het scherm weergegeven.
Deze modus voorkomt dat de kamertemperatuur onder 7°C daalt.