Geavanceerde bediening
40
Du <DRB1388>
Fader-start weergave
★
Deze functie werkt niet wanneer de functiekeuzeschakelaar op
het achterpaneel (MODE NORMAL/DJ) in de NORMAL stand staat.
Wanneer de CONTROL aansluiting van deze speler met behulp van het
bijgeleverde bedieningssignaalsnoer met de CONTROL aansluiting van
een DJ-mengpaneel (DJM-300, DJM-500, DJM-600, DJM-3000, DJM-
909 of DJM-707) wordt verbonden, zal bij het omhoogzetten van de
kanaalfader van het DJ-mengpaneel de speler uit de cue-paraatstand
worden gehaald en wordt er tegelijkertijd onmiddellijk gestart met
weergeven. De fader-start kan ook geactiveerd worden met de kruisfader;
wanneer de faderhendel in de oorspronkelijke positie wordt teruggezet,
keert de speler terug naar het cue-punt (terug-naar-cue functie) en komt
dan in de cue-paraatstand te staan. (Zie blz. 13 voor aanwijzingen
betreffende de aansluitingen.)
Relais-weergave met twee spelers
★
Deze functie werkt niet wanneer de functiekeuzeschakelaar op
het achterpaneel (MODE NORMAL/DJ) in de NORMAL stand staat.
Relais-weergave is mogelijk als de CONTROL aansluitingen van deze
speler en een andere CDJ-serie CD-speler met het bijgeleverde
bedieningssignaalsnoer met elkaar zijn verbonden (
☞
blz. 13).
¶
Zet de auto-cue functies van beide spelers op ON (de auto-cue (
A.CUE
)
indicator licht op het display op).
¶
Als het apparaat op een DJ-mengpaneel is aangesloten, moet u de
faderregelaar van het mengpaneel in de middenstand zetten.
1. Begin met weergeven op de eerste speler.
2. Wanneer de huidige track is afgelopen, zal de andere
speler (die in de paraatstand staat) automatisch beginnen
met weergeven.
3. Zet de eerste speler in de cue-paraatstand bij het begin
van de volgende gewenste track.
¶
Door de bovenstaande aanwijzingen te herhalen, is ononderbroken
relais-weergave met de twee spelers mogelijk.
¶
Door tijdens weergave van de ene speler in de andere speler een
nieuwe disc te plaatsen en een track te kiezen, kan een zeer
gevarieerd continu muziekprogramma worden samengesteld.
¶
Als een cue-punt op de wachtende speler wordt ingesteld, kan de
weergave automatisch gestart worden vanaf elk willekeurig punt
in een gewenste track (
☞
blz. 36, “
Instellen van cue-punten
”).
Opmerkingen:
¶
Relais-weergave verloopt misschien niet juist als de audio-
uitgangen van de twee spelers niet met hetzelfde DJ-
mengpaneel zijn verbonden.
¶
Als de spelende speler wordt uitgeschakeld, zal de andere
speler meteen beginnen met weergeven.
¶
U kunt de fader-startfunctie en de relais-weergavefunctie niet
gelijktijdig gebruiken, aangezien er verschillende aansluitingen
voor deze functies vereist zijn.
MODE
NORMAL/DJ
ENTER
MENU
001~015
00~07
Folder
00.R00T
01.F0LDER01
02.F0LDER02
03.F0LDER03
04.F0LDER04
001.TRACK–01
002.TRACK–02
003.TRACK–03
004.TRACK–04
005.TRACK–05
Track
Current: 00–001
Folder: 00.R00T
MENU
ENTER
MP3 Navigator
001~015
00~07
Folder
00.R0
01.F0
02.F0
03.F0
04.F0
001.TRACK–01
002.TRACK–02
003.TRACK–03
004.TRACK–04
005.TRACK–05
Track
Current: 00–001
Track : 002. TRACK–02
MENU
ENTER
MP3 Navigator
Kiezen van tracks met de MP3-navigator
(alleen MP3)
1. Druk op de MENU toets.
¶
Het MP3-navigatorscherm verschijnt.
Totaal aantal tracks binnen
de gekozen map
Nummer van de spelende map/track
Totaal aantal mappen
Toont het mapnummer samen met de mapnaam, of “ROOT”.
IAls de mapnaam is opgenomen in een andere code dan Engelse
alfanumerieke tekens, zal er een serienummer dat begint met “
F_001
”
op het display worden aangegeven.
2. Gebruik de terug (
5
) of vooruit (
∞
) kant van de cursortoets
om de gewenste map te kiezen.
¶
Als de terug (
5
) of vooruit (
∞
) kant van de cursortoets ingedrukt
wordt gehouden, zal het display veranderen naar het
selectiescherm voor de vorige/volgende map.
¶
Als de rechterkant (
3
) van de cursortoets wordt ingedrukt, zal het
Track menu geselecteerd worden.
Tracknummer en ID3-tag titel
Als er geen alfanumerieke ID3-tag is opgenomen, wordt de
bestandsnaam weergegeven. Als de ID3-tag en de bestandsnaam
niet in Engelse alfanumerieke tekens zijn opgenomen, zal er een
serienummer dat begint met “
T_001
” worden aangegeven.
3. Druk op de terug (
5
) of vooruit (
∞
) kant van de cursortoets
om de gewenste track te kiezen.
¶
Als de terug (
5
) of vooruit (
∞
) kant van de cursortoets ingedrukt
wordt gehouden, zal het display veranderen naar het
selectiescherm voor de vorige/volgende track.
4. Druk op de ENTER toets.
¶
Het afspelen van de gekozen map en track begint.