116
NL
5 De luchtbevochtiger
reinigen
Opmerking
•
Haal altijd de stekker uit het stopcontact
voordat u de luchtbevochtiger
schoonmaakt.
•
Als u het water uit het waterreservoir
giet, zorg dan dat u dit niet aan de kant
van de aftapopening en luchtinlaten
doet.
•
Reinig de luchtbevochtiger nooit met
schurende, agressieve of brandbare
schoonmaakmiddelen zoals bleek of
alcohol.
•
Het is normaal dat er stof in
het bovenste gedeelte van het
apparaat zit nadat u het een tijdje
hebt gebruikt. U kunt dit niet zelf
schoonmaken. Neem contact op met
uw lokale ondersteuningscentrum voor
ondersteuning.
De behuizing van
de luchtbevochtiger
schoonmaken
Reinig regelmatig de binnen- en
buitenkant van de luchtbevochtiger om
ophoping van stof te voorkomen.
1
Stof de behuizing van de
luchtbevochtiger af met een zachte,
droge doek.
2
Gebruik een zachte, droge doek om
de luchtinlaat en -uitlaat schoon te
maken.
Het waterreservoir
schoonmaken
Reinig het waterreservoir elke week om
het hygiënisch te houden.
1
Demonteer het bevochtigingsfilter
en de filterhouder.
2
Vul het waterreservoir voor 1/3 met
water.
3
Voeg een mild afwasmiddel aan het
water in het waterreservoir toe.
4
Reinig de binnenkant van het
waterreservoir met een zachte,
schone doek.
5
Leeg het waterreservoir in de
gootsteen.
6
Plaats het bevochtigingsfilter
en de filterhouder terug in het
waterreservoir.
Het bevochtigingsfilter
reinigen
Reinig het bevochtigingsfilter wekelijks
om het hygiënisch te houden.
1
Haal het bevochtigingsfilter en de
filterhouder uit het waterreservoir
(afb.
o
).
2
Verwijder het bevochtigingsfilter uit
de filterhouder (afb.
p
).
3
Laat het bevochtigingsfilter
gedurende één uur in kraanwater
weken (afb.
q
).
4
Spoel het bevochtigingsfilter af
onder een langzaam lopende
kraan. Knijp of wring het filter bij het
reinigen niet uit (afb.
r
).
5
Laat het bevochtigingsfilter uitlekken.
6
Plaats het bevochtigingsfilter om de
filterhouder (afb.
d
).
7
Plaats het bevochtigingsfilter
en de filterhouder terug in het
waterreservoir (afb.
e
).