38
38
De afstandhouders installeren
Dit apparaat wordt geleverd met twee afstandhouders die bevestigd
moeten worden aan de onderkant van de behuizing om te voorkomen
dat het apparaat te dicht bij de muur komt te staan. U kunt het
apparaat ook zonder de afstandhouders plaatsen; dit kan echter leiden
tot een hoger stroomverbruik.
Reinigen
Veeg de koelkast na het plaatsen schoon met warm water.
De stekker in het stopcontact steken
Nadat het apparaat op de voeding is aangesloten, verschijnen alle symbolen voor korte duur, waarna de opstartwaarden
verschijnen als -18 °C op de indicator van de vrieskastinstelling en 5 °C op de indicator van de koelkastinstelling.
Alle toetsen op het bedieningspaneel functioneren via tiptoetsbediening. (Alleen drukken voor het activeren van de toets
die u wilt bedienen.)
Opmerkingen:
• Het koelen kan langer duren in de zomermaanden of wanneer de omgevingstemperatuur hoger is.
• Als u de stekker van de koelkast uit het stopcontact moet trekken, wacht u dan minstens 10 minuten voordat u de
stekker weer in het stopcontact steekt. De kans bestaat anders dat de compressor van de koelkast beschadigt.
Kamertemperatuur
De klimaatklasse van de koelkast vindt u op het typeplaatje op de linkerzijkant van het koelgedeelte. Hierop staat de
omgevingstemperatuur aangegeven waarop de koelkast gebruikt kan worden.
Klimaatklasse
Toegestane omgevingstemperatuur
SN (Uitgebreid Gematigd)
+10 °C t/m 32 °C
N
(Gematigd)
+16 °C t/m 32 °C
ST (Subtropisch)
+16 °C t/m 38 °C
T
(Tropisch)
+16 °C t/m 43 °C
Voor energiebesparing
1. Plaats de koelkast in een droge, koele, en goed geventileerde kamer. (Ga naar pagina 37 voor afmetingen en vrije
ruimte.)
2. De combinatie van laden en legplaten waardoor de grootste ruimte ontstaat en de koelkast de minste energie verbruikt.
• Verwijder de lades van de vrieskast.
• Plaats de laden en legplaten in de koelkast op de plaatsen zoals afgebeeld in het gedeelte “Onderdelen” (P.39).
3. Voor het behoud van de luchtcirculatie mag de koelkast niet te vol worden gevuld.
4. Open de deuren alleen wanneer dat noodzakelijk is en zo kort mogelijk.
5. Maak met de stofzuiger zo nu en dan de ventilatieopeningen aan de onderkant van de koelkast schoon, enz.
(Zorg dat u hierbij de koelleiding aan de binnenkant van de klep niet beschadigt.)
6. Wanneer u de diepvriesstand, de snelle vriesstand of de extra koelstand activeert, neemt het stroomverbruik toe.
Installatie
(vervolg)