- NL -
21
Montage
W A A R S C H U W I N G
Dood of zware verwondingen door gevaarlijke elektrische spanning!
•
Voordat u in het water grijpt, moet u eerst de netspanning van alle apparaten die zich in het water bevinden
uitschakelen.
•
De netspanning uitschakelen voordat er aan het apparaat mag worden gewerkt.
Oase adviseert slangen te gebruiken die geschikt zijn voor een druk van minstens 0,5 bar.
Kort de reductieslangpilaren zo ver in dat de aansluitopening in overeenstemming is met de slangdiameter, zodat druk-
verlies voorkomen wordt.
Plaats het apparaat op een vaste en vlakke ondergrond en zorg dat het niet onder water komt te staan. Houd een af-
stand tot de vijverrand aan van minstens 2 meter. Om werkzaamheden aan het apparaat te kunnen verrichten, moet u
de toegang tot het deksel helemaal vrij houden.
(A1)
Schuif of draai de slang op de slangpilaar, zet hem vast met een slangklem en schroef de slangpilaar op de waterin-
laatopening
(A2).
Leg de afvoerbuizen voor waterafvoer (A4) met voldoende verval (> 1%) naar de vijver aan.
Oase adviseert, het gerei-
nigde water via een beekloop naar de vijver te geleiden, om het water extra met zuurstof te verrijken.
Als optie is voor de reinigingsuitlaatopening een slangpilarenset verkrijgbaar
(A3).
Verwijder daartoe de afsluitkap van
de reinigingsuitlaat. Schuif de wartel over de slang, schuif de slangpilaar zonder schroefdraad op het uiteinde van de
slang en zet hem vast met een slangklem. Sluit de slangpilaar met wartel en pakking aan op de reinigingsuitlaatope-
ning. Schuif de slangpilaar met schroefdraad op het andere slangeinde, zet hem vast met de slangklem en schroef de
afsluitkap inclusief pakking erop.
Leg de slang met voldoende verval (> 1%) naar riool of bloembed aan.
Inbedrijfstelling
Let op!
Gebruik het apparaat nooit met een waterdruk van meer dan 0,2 bar!
Let op!
Gebruik het apparaat nooit zonder doorstromend water of zonder pompfilter!
O P M E R K I N G
Uit veiligheidsoverwegingen kan de UVC
-lamp pas worden ingeschakeld, als de kop van het apparaat correct
in de behuizing is ingebouwd.
Zo brengt u de stroomvoorziening tot stand:
Inschakelen:
Apparaat aansluiten op het elektriciteitsnet. Het apparaat schakelt onmiddellijk aan.
Uitschakelen:
Koppel het apparaat van het elektriciteitsnet af.
Controleer voordat u het apparaat in gebruik neemt, of de slangen en de kap op de juiste manier vastzitten. Gebruik
het UVC
-voorzuiveringsapparaat nooit zonder dat er water doorstroomt!
Schakel de pomp in en wacht
totdat het filterhuis met water gevuld is. Controleer of alle aansluitingen goed dicht zijn.
Steek de stekker van het UVC
-voorzuiveringsapparaat erin, het blauwe controlelampje gaat branden
(B)
. Een tempera-
tuursensor schakelt het UVC
-voorzuiveringsapparaat in geval van oververhitting automatisch uit, na afkoeling schakelt
het apparaat automatisch weer in.
Opmerking:
als u het apparaat voor het eerst installeert, bereikt het zijn volledige biologische reinigingswerking pas na
enkele weken. Een behoorlijke ba
cteriële activiteit ontstaat pas vanaf een watertemperatuur van +10 °C.
Содержание BioSmart 14000
Страница 1: ...13718 05 F BioSmart 5000 7000 14000 16000 15136 GAW_BioSmart_A6_end 21 05 10 14 02 Seite 2 ...
Страница 2: ... 2 ...
Страница 3: ... 3 ...
Страница 117: ...15136 08 17 ...