36
De SNeLHeiDSeNSOr AFSTeLLeN
Wanneer het bedieningspaneel gegevens niet goed
aangeeft, moet u de snelheidssensor afstellen.
Druk de stroomschakelaar in de off (uit) stand en
trek het stroomsnoer uit.
Om de snelheidssensor af te stellen, kijk u eerst bij
montagestap 11 op pagina 10. Verwijder de Linker
Rollerarm (12) van de Linker Pedaalarm (44).
Zie GEDETAILLEERDE TEKENING A op pagina 41
en GEDETAILLEERDE TEKENING B op pagina 42.
Verwijder de M8 x 16mm Schroeven (72), de Kap van
de As (53), en de M8 x 25mm Tussenring (149) uit
het bovenste uiteinde van de Linker Rollerarm (12).
Verwijder vervolgens de Linker Rollerarm van de linker
Krukasarm (20). Plaats de Linker Rollerarm weg.
Zie vervolgens de GEDETAILLEERDE TEKENING
C op pagina 43. Verwijder de linker Krukasarmkap
(71) met een platte schroevendraaier van het
Linkervoorscherm (73).
Zoek de Bladveerschakelaar (38). Draai aan de
linker Krukasarm (20) totdat een van de Magneten
(43) op de Katrol (19) op gelijke hoogte komt met de
Bladveerschakelaar.
Draai de twee M4 x 16mm Schroeven (104) los maar
verwijder deze niet. Schuif de Bladveerschakelaar (38)
wat dichter naar of verder van de Magneet (43). Maak
de schroeven weer vast. Steek de stekker in en druk
de aan/uitschakelaar naar de resetstand. Draai even
aan de linker Krukasarm (20).
Herhaal deze procedure tot het bedieningspaneel
goede informatie weergeeft. Bevestig dan weer de Kap
van de Linker crankarm en de linker rollerarm.
HOe De rOLLerS iN Te SMereN
Bekijk de GEDETAILLEERDE TEKENING aan het eind
van deze gebruikershandleiding. Als de Rollers (51)
piepen bij het bewegen op de Linker en Rechtersporen
(11, 124) dient u een klein beetje van het meegele-
verde PFTE-vet gelijkmatig te verdelen met een stukje
papier. Breng een dun laagje vet gelijkmatig aan op de
Linker en Rechtersporen. Veeg overmatig vet weg.
43
38
104
19
20