60
Gebruik het model op een plaats waar u geen andere personen, dieren of voorwerpen in gevaar brengt.
Gebruik het alleen op privé-terrein of op speciaal daarvoor bestemde plaatsen.
Bij storingen moet u het gebruik van uw model onmiddellijk stopzetten en de oorzaak voor de fout verhelpen voordat u het model
opnieuw in gebruik neemt.
Gebruik uw afstandsbediening niet bij onweer, onder hoogspanningsleidingen of in de buurt van zendmasten.
Laat de afstandsbediening (zender) steeds ingeschakeld zolang het model in gebruik is. Om een model af te zetten moet u steeds
eerst de motor uitschakelen en daarna het ontvangstsysteem. Pas daarna mag de afstandsbediening of zender uitgeschakeld worden.
Bescherm de afstandsbediening tegen vocht en sterke vervuiling.
U mag de zender niet langdurig aan direct zonlicht of grote hitte blootstellen.
Bij zwakke batterijen (of accu´s) in de afstandsbediening zal de reikwijdte verminderen. Als de accu´s voor de ontvanger zwak worden,
zal het model niet meer correct op de afstandsbediening reageren.
In zo´n geval moet u het gebruik onmiddellijk stopzetten. Vervang de batterijen door nieuwe of laad de accu´s op.
U mag bij het gebruik van het modelvoertuig geen risico´s nemen! Uw eigen veiligheid en die van uw omgeving is afhankelijk van uw
verantwoord gebruik van het model.
Houd batterijen/accu´s buiten het bereik van kinderen!
U mag batterijen/accu´s niet zomaar laten rondslingeren wegens het gevaar dat kinderen of huisdieren ze inslikken. In zo´n geval
moet u onmiddellijk een arts of een dierenarts raadplegen!
U mag batterijen/accu´s nooit kortsluiten, demonteren of in het vuur werpen. Explosiegevaar!
Lekkende of beschadigde batterijen/accu´s kunnen bij contact met de huid verwondingen veroorzaken. Draag in zo´n geval steeds
beschermende handschoenen.
Gewone batterijen mogen niet opgeladen worden. In zo´n geval bestaat brand- en explosiegevaar! U mag alleen accu´s opladen die
hiervoor geschikt zijn. Gebruik geschikte opladers.
Let bij het plaatsen van de batterijen/accu´s op de juiste polariteit (plus/+ en min/-).
Als u het product langere tijd niet gebruikt (bijv. als u het opbergt), moet u de batterijen (of accu´s) uit de afstandsbediening en uit het
modelvoertuig nemen om beschadigingen door lekkende batterijen/accu´s te voorkomen. Laad de accu´s ongeveer om de 3 maanden
op, aangezien anders door de zelfontlading de zogeheten diepontlading kan optreden waardoor de accu´s onbruikbaar zullen worden.
Vervang steeds de volledige set batterijen of accu´s. U mag geen volle en halfvolle batterijen of accu´s door elkaar gebruiken. Gebruik
steeds batterijen of accu´s van hetzelfde type en dezelfde fabrikant.
U mag nooit batterijen en accu´s door elkaar gebruiken! Gebruik voor de afstandsbediening ofwel batterijen ofwel accu´s.
De afstandsbediening (zender) kan zowel met batterijen als accu´s gebruikt worden.
Door de lagere capaciteit en lagere spanning van accu´s (accu = 1,2V, batterij = 1,5V) zal het product een kleinere
bedrijfsduur hebben. Dit speelt normaal gesproken geen rol aangezien de bedrijfsduur van de afstandsbediening
veel langer is dan die van het model.
Als u batterijen voor de afstandsbediening gebruikt, raden wij aan om hoogwaardige alkalinebatterijen te gebruiken.
Bij het gebruik van accu´s kan de reikwijdte eventueel verminderen.
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
7. Voorschriften voor batterijen en accu´s