nl - Aanwijzingen voor installatie en planning
138
Luchtafvoerleiding
De luchtafvoerleiding van het apparaat mag niet worden aange-
sloten op een schoorsteen die in gebruik is voor gas-, kolen- of
oliegestookte apparatuur. De leiding moet ook gescheiden zijn van
de luchtafvoerleiding van een droogautomaat.
De vochtig-warme lucht dient via een zo kort mogelijke weg naar bui-
ten of in een hiervoor geschikt ontluchtingskanaal te worden geleid.
De luchtafvoer dient, vanwege de hoge luchtsnelheid, op de juiste
wijze te worden aangelegd (weinig bochten, korte buizen, goed aan-
gelegde aansluitingen en koppelingen). Filters en jaloezieën mogen
niet in de luchtafvoerleiding worden ingebouwd.
Omdat de relatieve luchtvochtigheid wel 100% kan bedragen, moeten
er voorzieningen getroffen worden om te zorgen dat terugstromend
condenswater niet in het apparaat komt. Als de druk van de ventilator
niet voldoende is om de vermogensweerstand te overwinnen, moet
ter plaatse een geschikte extra ventilator in de schacht of op die
plaats in het dak waar de lucht vrijkomt, ingebouwd worden. De
luchttoevoer op de plaats van opstelling moet overeenkomen met de
hoeveelheid afgevoerde lucht.
- Het aansluitstuk voor de afvoerleiding van de wasemafzuiging (opti-
oneel voor de PRI 210) bevindt zich aan de achterkant van de linker
zijstaander en heeft een diameter van 70 mm (HT DN 70).
- De afzuigleiding dient een binnendiameter van 70 mm (HT DN 70) te
hebben.
- Voor de afvoer van condenswater is bij een omhoog lopende af-
voerleiding op de laagste plaats een afvoeropening met een diame-
ter van 3 - 5 mm nodig.
- Zorg voor voldoende ventilatie in de ruimte waar het apparaat staat
opgesteld.
- Controleer de luchtafvoerleiding en de afvoer naar buiten op pluizen
en reinig deze indien nodig.
- Het buitenpandige uiteinde van de luchtafvoerleiding kunt u (bij-
voorbeeld door een bocht van 90 ° omlaag) tegen weersinvloeden
beschermen.
Содержание PRI 210
Страница 2: ...2 de 5 fr 42 it 79 nl 116 en 153 ...