13
AANVULLENDE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR AFKORTMETAALZAGEN
• Draag altijd reguliere werkhandschoenen als u
deze machine bedient.
• Blijf met uw handen uit de buurt van de
doorslijpschijf. Zaag nooit werkstukken die
vereisen dat uw handen dichter dan 15 cm in de
buurt van de doorslijpschijf komen.
• Zaag geen werkstukken die minder dan 1,2 mm
dik zijn wanneer u de doorslijpschijf gebruikt dat
bij deze machine is geleverd.
• Gebruik de machine niet zonder de
beschermkappen.
• Verricht geen enkele handeling uit de vrije hand.
Gebruik de materiaalklem om het werkstuk stevig
vast te klemmen.
• Reik nooit om de doorslijpschijf heen.
• Plaats de machine altijd op een vlak, stabiel
oppervlak, dat goed onderhouden is en vrij van
rondzwervend materiaal, zoals spaanders en
restafval.
• Inspecteer voor gebruik de doorslijpschijf op
barsten of scheuren. Verwijder de doorslijpschijf
als een barst of scheur zichtbaar is.
• Zorg ervoor dat de doorslijpschijf niet in
aanraking met het werkstuk komt voordat de
machine wordt ingeschakeld.
• Voorkom dat de doorslijpschijf tijdens gebruik
gaat stuiteren of ruw wordt behandeld. Stop
de machine zodra dit gebeurt en inspecteer de
doorslijpschijf.
• Bedien de machine niet terwijl u in lijn met de
doorslijpschijf staat. Houd andere personen van
het werkgebied vandaan.
• Houd rekening met spaanders en het te bewerken
materiaal. Deze kunnen scherp en heet zijn.
Laat restafval afkoelen voordat u ze oppakt.
• De vonkbeschermer wordt heet tijdens
gebruik. Vermijd aanraken of afstellen van de
vonkbeschermer direct na gebruik.
• Schakel de machine uit en wacht tot de
vonkbeschermer tot stilstand is gekomen voordat
u het werkstuk verwijdert of de instellingen
verandert.
• Na het uitschakelen niet proberen de
doorslijpschijf af te remmen door tegen de zijkant
van de schijf te drukken.
• Gebruik geen snijvloeistoffen. Deze vloeistoffen
kunnen ontvlammen of een elektrische schok
veroorzaken.
• Controleer of het werkstuk goed is ondersteund.
• Gebruik de doorslijpschijven die door de fabrikant
zijn aanbevolen. Gebruik nooit cirkelzaagbladen
of andere typen getande bladen.
• Het maximum toegestane toerental van de
doorslijpschijven moet altijd gelijk zijn aan of
groter zijn dan het op het typeplaatje van de
machine vermelde onbelaste toerental.
• Gebruik geen doorslijpschijven die niet
overeenkomstig de afmetingen zijn zoals
opgegeven in de technische gegevens.
• Zorg ervoor dat voor gebruik de doorslijpschijf
correct is gemonteerd.
• Laat het apparaat minimaal 30 seconden zonder
belasting in een veilige positie draaien. Indien er
sprake is van overmatige trilling of als een defect
optreedt, zet dan het apparaat uit en controleer
alles om erachter te komen wat de oorzaak is.
• Gebruik doorslijpschijven niet om af te bramen.
• Zaag geen beton, stenen, tegels of keramische
werkstukken.
• Zaag geen hout, plastic of synthetische materialen.
• Zaag geen gietijzeren materialen.
• Zaag nooit magnesium materialen.
• Zaag geen materiaal dat onder elektrische
stroom staat.
• Gebruik deze machine in een goed geventileerde
ruimte. Gebruik de machine niet in de buurt
van ontvlambare vloeistoffen, gassen of stof.
Vonken of gloeiende spaanders van het zagen of
vonkende koolstofborstels kunnen ontvlambare
materialen ontsteken.
• Reinig regelmatig de ventilatiesleuven bij het
werken in stoffi ge omstandigheden. Indien het
noodzakelijk wordt de sleuven te reinigen, denkt
u er dan aan de stekker uit het stopcontact te
trekken.
• Bewaar doorslijpschijven altijd goed beschermd
en op een droge plaats, buiten het bereik van
kinderen.
• Gebruik alleen een cirkelzaagschijf van een max.
dikte van 3,1 mm en een max. diameter van
355 mm.
• Waarschuwing! Door gebruik van deze machine
kunnen stiffen vrijkomen die chemicaliën bevatten
waarvan het bekend is dat ze kanker,
geboorteafwijkingen of andere lichaamskwalen
veroorzaken. Gebruik geschikte
ademhalingsbescherming.