53
14. De conusfout controleren
1.
Plaats de laser op ongeveer 1 m afstand
van een muur (a) of baken en ongeveer
30 m van een andere muur (b) of baken.
Stel de laser waterpas met behulp van de
nivelleerknoppen en bellen.
2.
Schakel de laser in. Stop het roteren en
markeer de positie van de laserstraal op
de dichtstbijzijnde muur (a). Maak de
markering altijd zo dicht mogelijk bij het
midden van de straal.
3.
Draai de laser 180° en stel de laser weer
waterpas. Markeer de positie van de
straal op de muur die het verst weg is (b).
4.
Plaats nu de laser op ongeveer 1 m
afstand van de muur die het verst weg is.
Stel de laser weer waterpas. Stop het
roteren en markeer de straal (b') in de
buurt van de eerste markering (b).
5.
Draai de laser 180° en stel de laser weer
waterpas. Markeer de positie van de
straal op de andere muur (a'), in de buurt
van de eerste markering (a).
6.
Vergelijk beide paren markeringen met
elkaar. Als het verschil tussen aa'-bb'
groter is dan 2 cm, neem dan contact op
met het dichtstbijzijnde servicepunt.
15. Afstandsbediening TL15
Met de optionele afstandsbediening TL15 kan het
roteren van de laserkop worden gestart, gestopt of
van richting worden veranderd.
Содержание SKR60
Страница 2: ...2 9 8 5 4 1 3 2 6 7 10 11 12 13 14 15 16 17 ...
Страница 44: ...44 ...
Страница 56: ...56 ...