33
Persoonlijke veiligheid
10
Blijf steeds alert, let goed op wat u doet en
gebruik uw gezond verstand bij het bedienen van
elektrisch gereedschap. Ga niet met elektrisch
gereedschap werken wanneer u moe bent of als
u drugs, alcohol of medicijnen hebt ingenomen.
11
Draag beschermende kleding en dergelijke.
Draag altijd een veiligheidsbril of -masker.
12
Voorkom dat het gereedschap onbedoeld kan
starten. Zorg altijd dat de stroomschakelaar in
de uit-stand staat, voordat u het apparaat op
het stopcontact en/of de accu aansluit, voordat
u het apparaat optilt, verplaatst of meedraagt.
13
Verwijder eerst eventuele moer- of instelsleutels
voordat u het elektrisch gereedschap inschakelt.
1
Reik niet te ver. Zorg dat u altijd stevig staat
en uw evenwicht bewaart.
15
Draag geschikte werkkleding. Draag geen
loshangende kleding, kettingen of sieraden.
Houd uw haar, kleding en handschoenen uit de
buurt van bewegende onderdelen.
16
Als er voorzieningen zijn voor het aansluiten van
stofafzuig- en opvangapparatuur, zorgt u dan dat
deze juist zijn aangesloten en gebruikt worden.
Bediening en verzorging van uw elektrisch
gereedschap
17
Forceer het elektrisch gereedschap niet. Gebruik
het geschikte gereedschap voor het betreffende
werk.
18
Gebruik het elektrisch gereedschap niet als het
niet goed reageert op de aan/uit-schakelaar.
1
Trek de stekker uit het stopcontact en/of verwijder
de accu van het elektrisch gereedschap voordat
u enige afstelling maakt, accessoires aansluit of
losmaakt of het elektrisch gereedschap opbergt.
20
Bewaar uw elektrisch gereedschap buiten
bereik van kinderen en laat geen personen die
niet vertrouwd zijn met het gereedschap of met
deze instructies het apparaat bedienen.
21
Onderhoud uw elektrisch gereedschap goed.
Controleer uw apparatuur regelmatig op
klemmende of losgeraakte bewegende delen,
afgebroken onderdelen of andere defecten die
de werking van het gereedschap zouden kunnen
beïnvloeden. Als uw elektrisch gereedschap
beschadigd is, laat u het voor gebruik dan eerst
repareren.
22
Houd de snijvlakken van uw gereedschap scherp
en schoon.
23
Gebruik uw elektrisch gereedschap, boortjes,
accessoires en werktuigen volgens deze
instructies, rekening houdend met de
vereisten van het te verrichten werk en de
werkomstandigheden.
Gebruik en verzorging van de accu
2
Gebruik voor het opladen uitsluitend een door
de fabrikant aanbevolen oplaadapparaat.
25
Gebruik elektrische apparatuur alleen op accu’s
die daar specifiek voor zijn ontworpen.
26
Wanneer u de accu niet gebruikt, zorgt u dat
die niet in aanraking komt met andere metalen
voorwerpen, zoals paperclips, kleingeld, sleutels,
spijkers, schroeven of andere kleine metalen
voorwerpen die de contactpunten kunnen
kortsluiten.
27
Als de accu aan misbruik wordt blootgesteld, kan
er vloeistof uit lekken; raak die vloeistof niet aan.
Als u in aanraking komt met accuvloeistof, wast u
die dan met ruim water af. Mocht er accuvloeistof
in uw ogen komen, raadpleegt u dan onmiddellijk
een arts.
Reparatie
28
Laat uw elektrisch gereedschap repareren door
een bevoegd onderhoudsmonteur die alleen
identieke vervangende onderdelen gebruikt.
2
Volg de aanwijzingen voor het smeren en het
vervangen van accessoires.
30
Houd handgrepen steeds droog, schoon en vrij
van olie of vet.