20
8.
Raak direct na uw werk het boorbit of het
werkstuk niet aan. Zij kunnen bijzonder heet zijn
en brandwonden op uw huid veroorzaken.
9.
Bepaalde materialen kunnen giftige chemicaliën
bevatten. Vermijd contact met uw huid en zorg
dat u geen stof inademt. Volg de
veiligheidsvoorschriften van de fabrikant van het
materiaal.
10. Als het boorbit niet kan worden losgemaakt
ondanks dat de klauwen geopend zijn, gebruikt
u een tang om het eruit te trekken.
In dat geval
kan met de hand eruit trekken leiden tot letsel
vanwege zijn scherpe rand.
Veiligheidsinstructies bij gebruik van lange boorbits
1.
Gebruik nooit op een hoger toerental dan het
maximale nominale toerental van het boorbit.
Op
een hoger toerental zal het bit waarschijnlijk
verbuigen als het vrij ronddraait zonder contact met
het werkstuk, waardoor persoonlijk letsel kan
ontstaan.
2.
Begin altijd te boren op een laag toerental en
terwijl de punt van het bit contact maakt met het
werkstuk.
Op een hoger toerental zal het bit
waarschijnlijk verbuigen als het vrij ronddraait
zonder contact met het werkstuk, waardoor
persoonlijk letsel kan ontstaan.
3.
Oefen alleen druk uit in een rechte lijn met het bit
en oefen geen buitensporige druk uit.
Bits
kunnen verbuigen waardoor ze kunnen breken of u
de controle kunt verliezen, met persoonlijk letsel tot
gevolg.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
WAARSCHUWING: Laat u NIET misleiden door
een vals gevoel van comfort en bekendheid met het
gereedschap (na veelvuldig gebruik) en neem alle
veiligheidsvoorschriften van het betreffende
gereedschap altijd strikt in acht. VERKEERD
GEBRUIK of het niet naleven van de
veiligheidsvoorschriften in deze gebruiksaanwijzing
kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
BESCHRIJVING VAN DE FUNCTIES
LET OP:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en de
stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens de
functies op het gereedschap af te stellen of te controle-
ren.
Werking van de schakelaar (Fig. 1)
LET OP:
• Alvorens het netsnoer aan te sluiten, moet u altijd
controleren of de trekkerschakelaar goed werkt en bij
loslaten naar de “OFF” positie terugkeert.
Om het gereedschap te starten, drukt u de
trekkerschakelaar gewoon in. Laat de trekkerschakelaar
los om te stoppen.
Gebruik van de omkeerschakelaar (Fig. 2)
Dit gereedschap heeft een omkeerschakelaar voor het
veranderen van de draairichting. Druk de
omkeerschakelaar in vanaf de A-zijde voor rechtse
draairichting, of vanaf de B-zijde voor linkse
draairichting.
LET OP:
• Controleer altijd de draairichting alvorens het
gereedschap te gebruiken.
• Verander de draairichting alleen nadat het
gereedschap volledig tot stilstand is gekomen. Als u de
draairichting verandert voordat het gereedschap
volledig stilstaat, kan het gereedschap worden
beschadigd.
Veranderen van de snelheid (Fig. 3)
Met de snelheidsregelknop kunt u twee
snelheidsbereiken vooraf selecteren.
Om de snelheid te veranderen drukt u de vergrendelknop
in en draait u de snelheidsregelknop zodanig dat de pijl is
uitgelijnd met positie 1 voor een lage draaisnelheid of
met positie 2 voor een hoge draaisnelheid.
LET OP:
• Verander de positie van de snelheidsregelknop alleen
nadat het gereedschap volledig tot stilstand is
gekomen. Indien u de draaisnelheid verandert terwijl
de boor nog draait, kan het gereedschap schade
oplopen.
• Stel de snelheidsregelknop altijd nauwkeurig op de
juiste positie in. Indien u het gereedschap gebruikt met
de snelheidsregelknop halverwege tussen positie 1 en
positie 2 ingesteld, kan het gereedschap schade
oplopen.
Koppelbegrenzer
De koppelbegrenzer zal in werking treden wanneer een
bepaald koppelniveau wordt bereikt (voor lage-toeren
instelling: positie 1). De motor zal dan ontkoppelen van
de uitgangsas. Wanneer dit gebeurt, zal de boor stoppen
met draaien.
De positie van de schakelaarhandgreep afstellen
(Fig. 4)
Voor het bedieningsgemak kunt u de
schakelaarhandgreep 90° naar links of naar rechts
draaien. Trek eerst de stekker van het gereedschap uit
het stopcontact. Druk de vergrendelknop in en draai de
handgreep totdat het
teken op de vergrendelknop
overeenkomt met het teken op het motorhuis. De
handgreep wordt dan in deze positie vergrendeld.
INEENZETTEN
LET OP:
• Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de stekker uit het stopcontact is verwijderd voordat
u enig werk aan het gereedschap uitvoert.
De zijhandgreep monteren (extra handgreep)
(Fig. 5)
LET OP:
• Zorg er altijd voor dat de zijhandgreep is aangebracht
voordat u het gereedschap gebruikt.
Draai de zijhandgreep stevig vast in het gereedschap.
De zijhandgreep kan naar wens op iedere zijkant van het
gereedschap worden gemonteerd.
Содержание DA4031
Страница 2: ...2 1 2 3 4 5 6 7 8 1 A B 2 4 3 5 11 12 13 14 10 7 8 9 6...
Страница 3: ...3 9 10 11 12 19 20 9 11 16 15 15 17 18...
Страница 48: ...48 8 9 10 1 2 3 1 OFF 2 3 1 2 1 2 1 4 90 5...
Страница 49: ...49 6 7 8 9 10 11 12...
Страница 51: ...51...