NEDERLANDS
75
1. Druk circa 3 seconden op de Stroomknop (9) om de camera in te
schakelen. Het LED licht gedurende een ogenblik op en u hoort een
pieptoon om te bevestigen dat de camera klaar voor gebruik is.
2. Druk circa drie seconden op de Stroomknop (9) om de camera uit te
schakelen.
Opmerking:
De camera wordt automatisch uitgeschakeld na een
inactiviteit van enkele seconden.
DE CAMERA IN- EN UITSCHAKELEN
U bevindt zich reeds in de cameramodus wanneer u de camera inschakelt:
1. Druk op de Sluiterknop (1) om een foto nemen. De camera maakt twee
piepgeluiden om te bevestigen dat de foto is genomen.
2. Om het aantal resterende te nemen foto’s, het batterijniveau of resolutie te
controleren, druk eenmaal op de Menuknop (9) in de cameramodus. Wacht
enkele seconden en de camera keert automatisch terug naar de cameramodus.
Opmerking:
• Wanneer het ingebouwd geheugen van de camera vol is en u probeert een
foto te nemen geeft het LCD-scherm een waarschuwing weer.
• U kunt geen nieuwe foto’s nemen als de ingevoegde SD-kaart vol is. Zorg dat
u alle foto’s naar uw computer transfereert.
FOTO’S NEMEN
Schakel de camera in.
Automatische flits
1. In de cameramodus, druk op de Omlaag/Flitsknop (10) totdat het symbool
in de linkerbenedenhoek van het LCD-scherm verschijnt. De automatische
flitsfunctie wordt ingeschakeld.
Flits aan
2. In de cameramodus, druk op de Omlaag/Flitsknop (10) totdat het
symbool
in de linkerbenedenhoek van het LCD-scherm verschijnt. De flitsfunctie wordt
ingeschakeld.
FLITSFUNCTIE
• Zorg dat de camera niet op uw computer is aangesloten voordat u de driver
en de software hebt geïnstalleerd.
DJ033seriesIM1210.indb 75
25/05/2010 6:31
