21
van de “ontgrendelingsknop voor het stoppen van de hoek” (4) te
drukken.
Maak contact met de oplaadconnectoren van de batterij, totdat het
blauwe LED-lampje (13) oplicht; installeer vervolgens de batterij en
plaats het dekseltje (10) erop. (Zie Afb. 2.2)
(13) Blauw LED-lampje
Afb. 2.2
2.3 Sluit de AC-adapter/DC-autoadapter met de oplader aan op
een AC-stopcontact / de sigarettenaanstekeringang in uw auto.
Installeer de batterij en het opladen zal starten. Het groene
LED-indicatielampje (12) zal oplichten.
2.4 De oplader zal automatisch de polariteiten en de spanning van de
batterij detecteren en het opladen zal starten, als alle aansluitingen
correct en verzekerd zijn.
2.5 Als de oplader op AC-vermogen aangesloten is, kan hij tegelijkertijd
één (1) lithium-ionbatterij (of 2 AA / AAA Ni-MH batterijen) in het
vakje en vier (4) zaktoestellen via de USB-poort opladen.
2.6 Als u toestellen oplaadt via de USB-poort, zal het blauwe
LED-indicatielampje (16) oplichten. Als het opladen beëindigd is,
zal het blauwe LED-lampje (16) uitgaan of knipperen.
3. Oplaadindicatie
3.1 Als de polariteiten van de lithium-ionbatterij gedetecteerd en verzekerd
zijn, zal het blauwe LED-lampje (13) oplichten; duw (8) naar voren en
druk op de dekselhouder (10) om de batterij vast te zetten.
3.2 Als de oplader aangeschakeld is (9), zal het groene LED-lampje
(12) oplichten. De oplader is nu aangeschakeld en klaar om
op te laden. Als het rode LED-lampje (14) of (15) oplicht, is de
geïnstalleerde batterij aan het opladen.