5 Inbedrijfneming
5.1 Gebruik het apparaat alleen op een
geschikte plaats.
Gebruik het apparaat alleen in een gebouw.
De plaats waar het apparaat wordt gebruikt,
dient droog, schoon en koel maar vorstvrij te
zijn.
Tijdens het laden moet het apparaat warmte
kunnen afgeven, daarom dienen de ventilatie-
sleuven vrij te zijn.
Neem de acculader hiervoor uit de koffer.
Niet laden in een afgesloten omhulling.
5.2 Zorgvuldig omgaan met accu-packs
AANWIJZING
Bij lage temperaturen daalt het vermogen van
het accu-pack. Werk niet met het accu-pack
tot het apparaat tot stilstand komt. Ga voor die
tijd over op het tweede accu-pack. Laad het
accu-pack meteen weer op voor de volgende
wisseling.
Bewaar het accu-pack zo koel en droog moge-
lijk. Bewaar het accu-pack nooit in de zon, op
een verwarming of achter een raam. Wanneer
de levensduur verstreken is, dienen de accu-
packs op een milieuvriendelijke en veilige wijze
te worden afgevoerd.
5.3 Apparaat inschakelen
Steek de stekker in het stopcontact.
AANWIJZING
Nadat de stekker van het apparaat in het stop-
contact is gestoken, brandt het groene lampje.
Brandt het groene lampje niet, of gaat het uit
tijdens bedrijf, dan trekt u de stekker uit het
stopcontact en steekt deze er vervolgens weer
in. Wanneer de groene lamp na herhaalde aan-
sluiting niet brandt, dient het apparaat naar de
Hilti-service te worden gebracht om het te laten
repareren.
6 Bediening
6.1 Accu-pack inbrengen en laden
2 3
ATTENTIE
Het apparaat is afgestemd op de vermelde
Hilti accu-packs. Er mogen geen andere accu-
packs worden geladen. Dit kan persoonlijk let-
sel, vuur, brand en vernietiging van het accu-
pack en de acculader tot gevolg hebben. Uit
een defect accu-pack kan bijtende vloeistof
lopen. Voorkom contact met deze vloeistof.
AANWIJZING
Controleer voordat u het accu-pack inbrengt in
de acculader of de contacten schoon en vetvrij
zijn.
Afhankelijk van het type Hilti accu-pack, steekt
of schuift u het accu-pack in de daarvoor be-
stemde aansluiting.
Let erop dat de geometrie/codering van het
accu-pack in overeenstemming is met de aan-
sluiting.
Nadat het accu-pack in het apparaat is ge-
plaatst, start het laden automatisch!
AANWIJZING
- Het laden start niet automatisch wanneer de
gele TPS‑lamp Accu-pack (alleen op lader
C 4/36‑ACS TPS) knippert. Controleer dan
of zowel het accu-pack als de acculader ge-
codeerd zijn, respectievelijk de codering van
het accu-pack overeenstemt met die van de
acculader.
- Het accu-pack ondervindt geen schade, ook
niet wanneer het gedurende lange tijd in de
acculader blijft. In dit geval dient de accu-
lader zich in bedrijfstoestand te bevinden
(groene LED van de lader brandt). Na het
laden van het accu-pack wordt door de ac-
culader gedurende 48 uur een periodieke on-
derhoudslading uitgevoerd om de volledige
capaciteit van het accu-pack te waarborgen.
Na 48 uur gaat de laadtoestandindicatie van
het accu-pack uit, hoewel het accu-pack vol-
nl
62
Printed: 08.07.2013 | Doc-Nr: PUB / 5069437 / 000 / 02