Hayward AccessLine HP3051DT3HM, Руководство по установке

Страница: 192 / 226

28
6. BIJLAGEN (vervolg)
6.3 Herstellingsgids
Probleem Foutcodes Beschrijving Oplossing
Defect sonde wateraanvoer

De sensor is open of heeft een
kortsluiting.
Controleer of vervang de sensor.
Defect sonde waterafvoer

De sensor is open of heeft een
kortsluiting.
Controleer of vervang de sensor.
Defect sonde buitentemperatuur

De sensor is open of heeft een
kortsluiting.
Controleer of vervang de sensor.
Defect ontdooiingssonde

De sensor is open of heeft een
kortsluiting.
Controleer of vervang de sensor.
Hogedrukbeveiliging

Druk van het koelcircuit te
hoog of waterdebiet te laag of
verdamper verstopt of te laag
luchtdebiet.
Controleer de drukregelaar van
de hoge druk en de druk van het
koelcircuit.
Controleer het water- of
luchtdebiet. Controleer of de
debietregelaar goed werkt.
Controleer de opening van de
wateraanvoer/afvoerkleppen.
Controleer de afstelling van de
bypass.
Lagedrukbeveiliging

Druk van het koelcircuit te
laag of luchtdebiet te laag of
verdamper verstopt.
Controleer de drukregelaar van
de lage druk en de druk van het
koelcircuit om te zien of er een
lek is.
Reinig het oppervlak van de
verdamper.
Controleer de rotatiesnelheid
van de ventilator.
Controleer de vrije luchtcirculatie
door de verdamper.
Defect debietdetector

Waterdebiet onvoldoende of
detector in kortsluiting of defect.
Controleer het waterdebiet,
controleer de filtreerpomp en de
debietdetector om te zien of er
eventuele werkingsproblemen
zijn.
Te groot temperatuurverschil
tussen het aangevoerde en het
afgevoerde water (Modus koelen)

Waterdebiet in volume
onvoldoende, verschil in
waterdruk te laag / te hoog.
Controleer het waterdebiet of de
verstopping van het systeem.
Antivriesbescherming
koude modus

Temperatuur waterafvoer < 4°C. Stop de warmtepomp en leeg de
condensor. Vorstgevaar.
Communicatieprobleem

Slechte werking van de
LED-controller of de PCB-
aansluiting.
Controleer de kabelaansluiting.
Antivriesbescherming van
niveau 1

2°C < Watertemperatuur < 4°C
en luchttemperatuur < 0°C.
Stop de warmtepomp en leeg de
condensor. Vorstgevaar.
Antivriesbescherming van
niveau 2

Watertemperatuur < 2°C
en luchttemperatuur < 0°C.
Stop de warmtepomp en leeg de
condensor. Vorstgevaar.
Bedrijfslimiet bereikt

Omgevingstemperatuur < 10°C. Stop de warmtepomp en leeg de
condensor. Vorstgevaar.
Bezig met ontdooiing

/ Geen afwijking.
Wacht tot het einde van het
ontdooien.
Bepaalde verrichtingen moeten door
een erkend technicus uitgevoerd
worden.