Gebruiksinstructies
BELANGRIJK: Draag de volledig benodigde
veiligheidsuitrusting bij het gebruik van de machine
In- en uitschakelen
LET OP: Schakel de machine niet in of uit wanneer deze
belast wordt. Laat de motor op volledige snelheid komen
voordat u deze belast, en laat de motor volledig tot stilstand
komen voordat u de machine neerlegt
• De machine heeft een aan- en
uit-stand vergrendelfunctie
• Om de machine te starten
houdt u deze met beide handen
stevig vast, drukt u op de
vergrendelknop (5) en drukt u
de trekker schakelaar (7) in.
Laat de vergrendelknop los
• Om de trekker schakelaar te
vergrendelen, drukt u op de vergrendelknop wanneer de
machine loopt
• Druk de trekker schakelaar in om de machine te stoppen
LED overbelasting systeem
• Door het uitoefen van een te
hoge druk, overbelast u de
machine
• Wanneer de machine
overbelast wordt brand het
gele lichtje in het overbelasting
systeem (3)
• Wanneer het gele lichtje
negeert wordt, brand er een rood lichtje en schakelt de
machine zichzelf uit
• Wacht een aantal seconden voordat u de machine weer
inschakelt
Variabele snelheid
• Gebruik de snelheidscontroleschijf (4) voor het selecteren
van een geschikte rotatiesnelheid voor het uit te voeren
werk
• Nummer ‘1’ geeft de laagste rotatiesnelheid en nummer ‘6’
geeft de hoogste rotatiesnelheid
Slijpen of schuren
• Gebruik alleen schijven speciaal gefabriceerd voor slijpen.
Steen en metaalschijven zijn niet inwisselbaar
• Houdt de machine bij slijp- en schuurwerk in een hoek van
ongeveer 15°
• Let op de richting van de vonken en pas de positie van de
beschermkap wanneer nodig aan
• Beweeg de machine, bij het gebruik van een nieuwe
schijf, niet voorwaarts zodat deze niet in het materiaal kan
snijden. Rond de rand van de schijf iets af voordat u in een
voorwaartse beweging slijpt
Snijden
• Gebruik alleen schijven speciaal gefabriceerd voor snijden.
Steen en metaalschijven zijn niet inwisselbaar
• Gebruik voor schuur- en slijpwerken geen snijschijven
• Houdt de machine bij het snijden in een constante hoek en
oefen geen zijwaartse druk uit
Een draadborstel of draadwiel gebruiken
• Controleer altijd of de maximum snelheid van de
draadborstel of het draadwiel de onbelaste snelheid van de
slijper niet overschrijdt.
• Zorg ervoor dat geen enkel deel van de draadborstel of het
draadwiel in contact kan komen met de beschermkap of
behuizing van de machine.
• Laat de slijper voor gebruik minimaal 30 seconden met
de bevestigde draadborstel of draadwiel draaien, om te
controleren of de draadborstel of het draadwiel goed vastzit
en gelijkmatig draait.
NL
16
920035_Z1MANPRO1.indd 16
30/11/2012 09:19
Содержание AG125MAGCF
Страница 50: ...920035_Z1MANPRO1 indd 50 30 11 2012 09 19 ...