gNdf
3
n
2.
Mogelijkheden van de ITM-A
De mogelijkheden van de ITM-A zijn afhankelijk van de hardwareconfiguratie. U kunt kiezen uit de volgende
hardwareconfiguraties:
•
ITM-A zonder extra analoge uitgang.
•
ITM-A met extra analoge uitgang.
Stel het vereiste type regeling in met DIP-schakelaars 6, 7 en 8.
2.1
ITM-A zonder analoge uitgang – ITM-A
CentralFlow
De ITM-A kan worden gebruikt als intelligente regelmodule in een CentralFlow-systeem. De ITM-A ontvangt de
gewenste ventilatiestand van de klimaatregelcomputer. De ITM-A regelt de ventilatie in een bedrijfsdeel door de
luchtstroom te meten (RTTM-signaal) en de klep van de ATM-eenheid te regelen.
2.2
ITM-A met analoge uitgang – ITM-A
ProFlow/NatuFlow
De ITM-A regelt de ventilatie in een bedrijfsdeel door de luchtstroom te meten (RTTM-signaal) en de I-fan en de
klep van de ATM-eenheid te regelen.
De ITM-A kan worden gebruikt als:
1. Energiebesparend mechanisch ventilatiesysteem (schakelen naar natuurlijke ventilatie niet mogelijk)
2. Energiebesparend mechanisch en natuurlijk ventilatiesysteem (schakelen naar natuurlijke ventilatie mogelijk)
3. Traditioneel mechanisch ventilatiesysteem (schakelen naar natuurlijke ventilatie niet mogelijk, hogere
ventilatorsnelheid)
4. Meerdere mechanische ventilatiesystemen in dezelfde ruimte (schakelen naar natuurlijke ventilatie niet
mogelijk)
Externe I/O-module
De klimaatregelcomputer regelt de ventilatie in een sectie door de uitgangen van de ITM-A direct te regelen.
Bij gebruik als CentralFlow-module is de eerste analoge uitgang niet beschikbaar voor directe regeling.
