NL
- 63 -
5.2 Aansluiting van de drukleiding
•
De drukleiding (moet min. 19 mm (¾ ” zijn))
moet direct of via een schroefdraadnippel
worden aangesloten aan de drukleidingaans-
luiting (33,3 mm (1
״
) IG) van het apparaat.
•
Mits gepaste koppelstukken kan uiteraard
ook een drukslang van 13 mm (½ ”) worden
gebruikt. Het pompvermogen wordt geredu-
ceerd door de kleinere drukslang.
•
Tijdens het aanzuigen moeten de in de
drukleiding voorhanden zijnde afsluiters
(spuitmondstukken, kleppen etc.) helemaal
opengedraaid zijn zodat de lucht vrij uit de
zuigleiding kan ontsnappen.
5.3 Elektrische aansluiting
•
De elektrische aansluiting gebeurt aan een
wandcontactdoos met aardingscontact 220-
240 V ~ 50 Hz, ampérage van de zekering
minstens 10 amp.
•
De motor wordt door de ingebouwde ther-
mische contactverbreker beschermd tegen
overbelasting of blokkering. In geval van
oververhitting wordt de pomp automatisch
uitgeschakeld door deze contactverbreker en
na het afkoelen wordt de pomp automatisch
opnieuw in werking gesteld.
6. Bediening
•
Het toestel op een vaste, vlakke en horizonta-
le ondergrond opstellen.
•
Pomphuis via de watervulplug (5) vullen met
water. Het vullen van de zuigleiding versnelt
het aanzuigen.
•
Alle afsluitinrichtingen in de drukleiding (sp-
roeimondstuk, kleppen enz.) moeten bij het
aanzuigen volledig geopend zijn, opdat alle
lucht uit de aansluitleiding kan ontsnappen.
•
Netleiding aansluiten.
•
Het toestel aan de netschakelaar (7) inscha-
kelen – het aanzuigen kan bij max. aanzuigh-
oogte tot 5 minuten duren.
•
Het toestel wordt automatisch uitgeschakeld
als de uitschakeldruk van 3 bar is bereikt.
•
Na drukdaling door waterverbruik wordt het
toestel automatisch terug ingeschakeld (in-
schakeldruk ca. 1,5 bar).
•
Aan het einde van de werkzaamheden het to-
estel met de netschakelaar (7) uitschakelen.
7. Vervanging van de
netaansluitleiding
Gevaar!
Als de netaansluitleiding van dit apparaat be-
schadigd wordt, dan moet hij door de fabrikant
of diens klantendienst of door een gelijkwaardig
gekwali
fi
ceerde persoon vervangen worden, om
gevaren te vermijden.
8. Reiniging, onderhoud en
bestellen van wisselstukken
Het apparaat is verregaand onderhoudsvrij. Voor
een lange levensduur raden wij echter een regel-
matige controle en onderhoud aan.
Gevaar!
Vóór elk onderhoud moet het apparaat span-
ningsvrij geschakeld worden; hiervoor trekt u de
netstekker van de pomp uit het stopcontact.
8.1 Onderhoud
•
Bij eventuele verstopping van het apparaat
sluit u de drukleiding aan aan de waterleiding
en neemt u de zuigslang eraf. Open de wa-
terleiding. Schakel het apparaat meermaals
gedurende ca. twee seconden in. Op deze
manier kunnen verstoppingen in de meeste
gevallen geëlimineerd worden.
•
In het drukvat bevindt zich een uitzetbare
waterzak alsmede een luchtkamer, waarvan
de druk maximaal ca. 1,5 bar moet bedragen.
Als dan water de waterzak in wordt gepompt
zal die uitzetten en zal daardoor de druk in de
luchtkamer verhogen tot de uitschakeldruk
is bereikt. Bij een te lage luchtdruk moet die
opnieuw worden verhoogd. Te dien einde
draait u het plastic deksel op het reservoir af
en vult u de ontbrekende druk via het ventiel
aan m.b.v. een bandenvulmeter.
Let op!
Voordien waterzak volledig leegmaken via
de wateraflaatplug (2).
•
In het toestel zijn er geen andere te onder-
houden onderdelen.
Anl_GC_WW_1046_N_GC_WW_1250_NN_SPK9.indb 63
Anl_GC_WW_1046_N_GC_WW_1250_NN_SPK9.indb 63
31.01.2019 07:16:24
31.01.2019 07:16:24