![Conrad 85 73 36 Скачать руководство пользователя страница 8](http://html.mh-extra.com/html/conrad/85-73-36/85-73-36_operating-instructions-manual_2654146008.webp)
Fouten verhelpen
U hebt hiermee een product aangeschaft dat volgens de huidige stand van de techniek is ge-
bouwd en betrouwbaar is. Toch kunnen zich problemen of storingen voordoen. Als het product
niet conform de voorschriften werkt, gaat u als volgt te werk:
• Controleer of het product juist is aangesloten. Let beslist op de instructies van de desbetref-
fende voertuigfabrikant.
• Controleer of de onderste alsmede de bovenste magneetkern van de inductieafnemer (5)
zijn gereinigd.
• Controleer of de inductie-afnemer (5) op de ontstekingskabel van de eerste cilinder is
aangesloten.
• Controleer of de eerste bougie foutloos functioneert.
Onderhoud en reiniging
Reinig het apparaat met een zachte, schone en droge doek. Gebruik geen agressieve reini-
gingsmiddelen of chemicaliën. Hierdoor kan de behuizing worden beschadigd (verkleuring).
Druk niet te krachtig op het LC-display. Dit leidt tot krassen, bovendien kan het LC-display
worden beschadigd.
Er zijn geen onderdelen in het product die onderhoud behoeven.
Afvalverwijdering
Producten en apparaten met het hiernaast afgebeelde symbool mogen niet met het
huisvuil worden meegegeven. U bent verplicht dit afzonderlijk af te voeren. Infor-
meer bij uw gemeente naar de mogelijkheid van reglementaire afvoer.
Technische gegevens
Stroomvoorziening (via accu) .............................. 10 tot 16 V
Toerentalbereik .................................................... 240-9990 toeren/min
Ontstekingshoekbereik ........................................ 0-90°
Contacthoekbereik ............................................... 0-180°
Meetbereik omgevingstemperatuur ..................... 0 tot +50°C
Afmetingen .......................................................... ca. 36 x 23 x 8,5 cm
Gewicht ................................................................ ca. 1,3 kg
Accuspanning-modus
In deze modus wordt de huidige accu-/laadspanning
weergegeven.
• Druk zo lang op de toets Moduswisseling (13) totdat
een pijl (18) in de onderste regel op de accuspan-
ning-modus („VOLTS”) staat.
• Het display geeft de accuspanning in Volt weer. In de
bovenste regel wordt de eenheid (17) en het accu-
symbool (16) weergegeven.
• Druk gelijktijdig op de toets Ontstekingskeuze (11)
en Moduswisseling (13) om tussen 2- en 4-takt-
motor te kiezen. Een pijl (18) rechtsonder geeft de
huidige ingestelde keuze weer.
☞
Bij uitgeschakelde ontsteking staat het product in de bedrijfsspanning-modus
(„VOLTS”). Zodra de ontsteking wordt ingeschakeld, schakelt deze in de
ontstekingsmoment-modus („RPM”).
Contacthoek-modus
In deze modus kunt u de contacthoek controleren.
• Druk zo lang op de toets Moduswisseling (13) totdat
een pijl (18) in de onderste regel op de contacthoek-
modus („DWELL”) staat.
• Het display geeft het in het product ingestelde aantal
cilinders alsmede de contacthoek weer. In de bo-
venste regel wordt het cilindersymbool (19), en de
contacthoeksymbool (20) weergegeven.
• Druk op de toets omhoog (9) of toets omlaag (10) om
het aantal cilinders in te stellen.
Ontstekingsmoment-modus
In deze modus kunt u het ontstekingsmoment contro-
leren.
• Druk zo lang op de toets Moduswisseling (13) totdat
een pijl (18) in de onderste regel op de batterijspan-
ning-modus („VOLTS”) en de ontstekingsmoment-
modus („RPM”) staat.
• Het display toont de laadspanning van de lichtmachi-
ne in Volt alsmede het motortoerental. In de boven-
ste regel wordt de eenheid (17), het fl itslicht-symbool
(21) en het toerental-symbool (22) weergegeven.
• Druk op de toets Flitslicht (12) om het fl itslicht in- of
uit te schakelen. Het fl itslicht wordt geactiveerd mid-
dels de inductie-afnemer (5) als de bijbehorende
bougie een ontstekingsspanning bevat.
Richt de fl itslicht op de krukasriemschijf. Bij juist ingestelde onstekingsinstallatie is bij stationair
toerental de overeenkomstige markering op de krukasriemschijf met de vaststaande markering
op het motorblok gelijk.
☞
Bij uitgeschakelde ontsteking staat het product in de bedrijfsspanning-modus
(„VOLTS”). Zodra de ontsteking wordt ingeschakeld, schakelt deze in de
ontstekingsmoment-modus („RPM”).
Ontstekingshoek-modus
In deze modus kunt u de ontstekingshoek controleren.
Hiertoe kunt u met de toets omhoog (9) het active-
ringsmoment van de fl itslamp veranderen. Het product
geeft de activeringsvertraging afhankelijk van het toe-
rental in graden weer.
Als u bij een bepaalde toerental de activeringsver-
traging dusdanig instelt, dat de overeenkomstige
markering op de krukasriemschijf overeenkomt met
de vaststaande markering op het motorblok, kunt u
de ontstekingshoek bij dit toerental in het display in
graden afl ezen.
• Druk zo lang op de toets Moduswisseling (13) totdat
een pijl (18) in de onderste regel op de ontstekings-
hoek-modus („ADVANCE”) en de ontstekingsmoment-modus („RPM”) staat.
• Het display geeft de ontstekingshoek in graden alsmede het motortoerental weer. In de bo-
venste regel wordt de eenheid (17), het fl itslicht-symbool (21) en het toerental-symbool (22)
weergegeven.
• Druk op de toets Flitslicht (12) om het fl itslicht in- of uit te schakelen. Het fl itslicht wordt
geactiveerd middels de inductie-afnemer (5) als de bijbehorende bougie een ontstekings-
spanning bevat.
• Druk op de toets Reset (14) om de weergave van de ontstekingshoek op nul te stellen.
17
16
18
18
19
20
18
17
21
22
18
18
23
21
22
18
18
Deze gebruiksaanwijzing is een publicatie van de firma Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1,
D-92240 Hirschau (www.conrad.com).
Alle rechten, vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld
fotokopie, microverfilming of de registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen
de schriftelijke toestemming van de uitgever. Nadruk, ook van uittreksels, verboden.
Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische stand bij het in druk bezorgen. Wijziging van
techniek en uitrusting voorbehouden.
©
Copyright 2010 by Conrad Electronic SE.