29
N
SERVICEDIENST EN ONDERDELEN
Indien het apparaat niet goed funktioneert, kontroleer
dan:
of de stekker goed in het zit;
of de elektriciteit soms uitgevallen is;
of de thermostaatknop op de juiste stand staat;
en indien er water op de bodem van de koeler ligt, of
het afvoerkanaaltje soms verstopt is (zie hoofdstuk
“Ontdooien”).
Kunt u de storing niet zelf lokaliseren en verhelpen,
raadpleeg dan de dichtsbijzijnde servicedienst.
Geef daarbij altijd het model en het typenummer
van de kast op. Deze gegevens vindt u op het
garantiebewijs of op het typeplaatje dat zich
linksonder aan de binnenzijde van het apparaat
bevindt.
TECHNISCHE GEGEVENS
Het typeplaatje met de technische gegevens vindt u aan de linker binnenzijde van het apparaat.
Indien dit apparaat in de plaats van een oud
model met haak- of veersluiting opgesteld wordt,
dan is het raadzaam de sluiting van het oude
apparaat onbruikbaar te maken.
Hiermee wordt voorkomen dat spelende kinderen
zich erin opsluiten, hetgeen levensgevaarlijk is.
Plaats van opstelling
Plaats het apparaat uit de buurt van warmtebronnen:
centrale verwarming, kachels, felle zonnestralen enz.
De beste resultaten worden bereikt met een
ruimtetemperatuur 18°C en +43°C (T-
Klasse); +18°C en +38°C (ST-Klasse);
+16°C en +32°C (N-Klasse);
+10°C en +32°C (SN-Klasse).
De klasse staat op het typeplaatje vermeld.
Zie voor deurdraairicht
ing en inbouw de betreffende
aanwijzingen.
Bij aansluiting op een andere spanning dient u een
geschikte transformator te gebruiken.
Belangrijk
De stekker mag alleen geplaatst worden in
een geaard stopcontact.
De kast is daarom voorzien van een speciaal
drieaderig snoer, geschikt voor een geaard
stopcontact.
Mocht het stopcontact in uw woning niet
geaard zijn, dan dient een erkend installateur
het apparaat volgens de geldende normen te
aarden.
Wij
wijzen u er op dat schade of letsel,
veroorzaakt door het niet voldoen aan dit
veiligheidsvoorschrift, niet onder de
verantwoordelijkheid van de fabrikant valt.
Attentie
Het apparaat moet van het elektriciteitsnet
afgehaald kunnen worden; de stekker moet
dus ook na de installatie bereikbaar blijven.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-
richtlijnen:
- 73/23 EG-richtlijn van 19/02t73 (Laagspanning) en
opeenvolgende wijzingen;
- 87/308 EG-richtlijn van 02/06/87 (Betrekking tot de
radio-ontstoring) en opeenvolgende wijzingen;
- 89/336EG-richtlijn van 3/05/89 (Elektromagnetische
compatibiliteit) en opeenvolgende wijzingen.
INSTALLATIE
Elektrische aansluiting
Overtuig u ervan dat de netspanning en de
netfre
quentie, welke op het typeplaatje in de kast
staan aangegeven, overeenkomen met de
netspanning en de netfrequentie in uw woning. Een
afwijking op de netspanning tot plus of minus 6% is
toegestaan.