nl
72
72
Binnenkant van het apparaat
20
Bovenste servieskorf met etagère
21
Extra bestekkorf voor de bovenste
servieskorf *
22
Bovenste sproeiarm
23
Onderste sproeiarm
24
Zoutreservoir met bijvul-indicatie *
25
Zeven
26
Bestekkorf
27
Onderste servieskorf
28
Vergrendeling
29
Reservoir voor glansspoelmiddel
met bijvulindicatie
30
Afwasmiddelbakje
31
Typeplaatje
* niet bij alle modellen
Inkopen voordat u het apparaat
voor het eerst in gebruik neemt:
– zout
– afwasmiddel
– glansspoelmiddel
Gebruik enkel producten die geschikt zijn
voor de vaatwasmachine.
Wateronthardingsinstallatie
Voor een goed afwasresultaat heeft de
afwasautomaat zacht water, d.w.z. water
met weinig kalk nodig. Anders zetten zich
witte kalkresten op het serviesgoed en de
binnenkant van de spoelruimte af.
Leidingwater met een te hoge
hardheidsgraad moet voor gebruik in de
afwasautomaat onthard, d.w.z. ontkalkt
worden.
Dit gebeurt met behulp van speciaal zout
in de wateronthardingsinstallatie van de
afwasautomaat.
De instelling en daarmee de benodigde
hoeveelheid zout zijn afhankelijk van de
hardheidsgraad van het leidingwater.
Instellen van de
wateronthardingsinstallatie
(zie korte handleiding)