Bosch ME 200, Инструкция по установке для подрядчиков

Страница: 52 / 100

Installatie
ME 200 – 6720884576 (2019/08)
52
Algemeen over laagspanningszijde
Tabel 72
▶ Installeer alle laagspanningskabels van netspanning geleidende ka-
bels afzonderlijk (minimale afstand 100 mm) om inductieve beïn-
vloeding te vermijden.
▶ Bij externe inductieve invloeden (bijvoorbeeld van fotovoltaïsche in-
stallaties) kabel afgeschermd uitvoeren (bijvoorbeeld LiYCY) en af-
scherming eenzijdig aarden. Sluit de afscherming niet op de
aansluitklem voor de randaarde in de module aan maar op de huisaar-
de, bijvoorbeeld vrije afleiderklem of waterleiding.
▶ Installeer de kabel door de al voorgeïnstalleerde tulen en conform de
aansluitschema's.
3.3.2 Aansluiting voedingsspanning pomp en mengkraan (net-
spanningszijde 230 V)
Tabel 73
De bezetting van de elektrische aansluitingen is afhankelijk van de geïn-
stalleerde installatie. De in afb. 7 t/m 15 aan het eind van het document
getoonde beschrijving is een voorstel voor de procedure van de elektri-
sche aansluiting.
▶ Gebruik alleen elektriciteitskabels van dezelfde kwaliteit.
▶ Let erop dat de fasen van de netaansluiting correct worden
geïnstalleerd.
Netaansluiting via een stekker met randaarde is niet toegestaan.
▶ Sluit op de uitgangen alleen componenten en bouwgroepen aan con-
form deze handleiding. Sluit geen extra besturingen aan die andere
installatiedelen aansturen.
Het maximale opgenomen vermogen van de aangesloten componenten
en bouwgroepen mag niet hoger worden dan het maximaal vermogen
zoals gespecificeerd in de technische gegevens van de module.
▶ Wanneer de netspanning niet via de elektronica van de warmteprodu-
cent verloopt, moet lokaal voor de onderbreking van de netspanning
over alle polen een genormeerde scheidingsinrichting
(conform EN 60335-1) worden geïnstalleerd.
▶ Voer de kabels door de tulen, sluit ze conform de aansluitschema's
aan en borg ze met de meegeleverde trekontlastingen (

afb. 8 t/
m 15 aan het eind van het document).
3.3.3 Aansluitschema's met installatievoorbeelden
De hydraulische weergaven zijn slechts schematisch en zijn een vrijblij-
vend voorbeeld voor een mogelijke hydraulische schakeling. De veilig-
heidsvoorzieningen moeten conform de geldende normen en lokale
voorschriften worden uitgevoerd. Zie voor meer informatie en mogelijk-
heden de planningsdocumenten of het bestek.
Tabel 74 Korte beschrijving van de installatievoorbeelden aan het einde
van het document
Benamingen van de aansluitklemmen (laagspanningszijde ≤ 24 V)
BUS
1)2)
1) In bepaalde toestellen is de aansluitklem voor het BUS-systeem met EMS
gemarkeerd.
2) De beide bussystemen mogen niet worden gemengd. Gebruik alleen klemmen,
alleen BUS of de klem BUS (adres 9-10).
Aansluiting op regelaar, module, warmteproducent, wanneer
conventionele warmteproducent in systeem met alternatieve
warmteproducent (stand codeerschakelaar 1)
BUS
2)
Adr9-10
Aansluiting op regelaar, module, wanneer cv-installatie met
autonome alternatieve warmteproducent
(stand codeerschakelaar 10)
OR1
3)
3) Klembezetting:1 – massa; 2 – PWM/0-10 V; 3 – PWM-ingang
Aansluiting pomp alternatieve warmteproducent met PWM of
0-10 V signaal (
O utput R eturn)
OEV Aansluiting stuursignaal voor blokkeren van de conventionele
warmteproducent (aansluitklem
EV / I3 op conventionele
warmteproducent) (

configuratie in tabel 79: verbreekcontact/
maakcontact)
OA1
4)
4) Klembezetting: 1, 2 – aan/uit (max. 24 V); 3 – massa; 4 – 0-10 V signaal
Aansluiting stuursignaal alternatieve warmteproducent met aan/
uit-signaal (
O utput A lternative)
Functie: maakcontact
OA2
3)
Aansluiting stuursignaal vermogensinstelling alternatieve
warmteproducent met 0-10 V-signaal
T.. Aansluiting temperatuursensor ( T emperature sensor)
Benamingen van de aansluitklemmen (netspanningszijde)
120/230 V AC Aansluiting netspanning
VR1, VB1
1)
1) Klemmenbezetting: 43 – Stand buffervat (A); 44 – Stand bypass (B)
Aansluiting mengkraan ( V alve R eturn/ B uffer) |
Omschakelventiel
VR2 Aansluiting omschakelventiel voor bypass van de
conventionele warmteproducent of voor cv-pomp van een
autonome alternatieve warmteproducent (
V alve R eturn)
PR1 Aansluiting pomp van alternatieve warmteproducent ( P ump
R eturn)
OA3
2)
2) Aansluitklemmen: 15-16
Aansluiting stuursignaal alternatieve warmteproducent met
aan/uit-signaal bij netspanning (
O utput A lternative)
Functie: maakcontact potentiaalvrij,
maximaal 230 VAC/10 W
Installatievoorbeeld aan het eind van het document Afb.
Alternatieve warmteproducent, monovalent buffervat,
vloerstaande conventionele warmteproducent, bypassventiel
van het buffervat, warm water via externe boiler en 1-4
gemengde cv-circuits 21
Alternatieve warmteproducent, solar verwarmd bivalent
buffervat met warm water in bovenste deel, wandhangende
conventionele warmteproducent met evenwichtsfles,
mengkraan in systeemaanvoer (interne temperatuurregeling)
en 1 ongemengd cv-circuit of 1-4 gemengde cv-circuits 22
Alternatieve warmteproducent, solar verwarmd bivalent
buffervat met warm water in bovenste deel, condensatieketel
voor stookolie als conventionele warmteproducent met
bypassventiel, mengkraan in systeemaanvoer (interne
temperatuurregeling) en 1 ongemengd cv-circuit 23
Passieve alternatieve warmteproducent, solar verwarmd
bivalent buffervat, cv-ketel als conventionele
warmteproducent met 2 cv-circuits 23
Alternatieve warmteproducent, buffervat met warm water via
verswaterstation, wandhangende conventionele
warmteproducent en 2 gemengde cv-circuits 25
Alternatieve warmteproducent, buffervat, wandhangende
conventionele warmteproducent, gemengde cv-circuits,
warmwaterboiler met regeling via een module MM100 adr. 9 26
Autonome alternatieve warmteproducent, monovalent
buffervat, externe warmwaterboiler, mengkraan in
systeemaanvoer (interne temperatuurregeling) en 1
ongemengd cv-circuit met cv-pomp op module aangesloten 27
Alternatieve warmteproducent, monovalent buffervat,
vloerstaande of wandhangende conventionele
warmteproducent, mengkraan in systeemaanvoer (interne
temperatuurregeling) en 1 ongemengd cv-circuit 28
Autonome regeling van cv-circuit en warm water (zonder
alternatieve warmteproducent) 29