Nederlands
14
4. Druk nogmaals op de MEM/PROG-toets. Het station is
nu vooringesteld. De frequentie van de voorkeur-radio-
zender wordt getoond.
Vooringestelde radiostations oproepen
1. Kies de voorinstellocatie met de M (18/32) en M (19/31)
toetsen.
Automatisch scannen station
Wanneer de MEM/PROG-toets (4/21) voor ca. 3 seconden
wordt ingedrukt, zal het apparaat automatisch starten met
het scannen naar radiostations op alle frequentiebereiken.
De gevonden stations zullen op volgorde worden opgesla-
gen op de voorinstellocaties 1- 20.
OPMERKING:
• De scan wordt alleen stoppen nadat alle 20 voorinstel
-
lingslocaties zijn bezet.
• De volgorde kan niet meer worden gewijzigd, zodra
deze is ingesteld.
CD’s afspelen
OPMERKING:
Let op de volgende functies voor weergave van CD’s in
het MP3-formaat! Het apparaat is niet instaat MP3 af te
spelen. De CD gaat wel draaien maar er wordt geen geluid
geproduceerd.
Zo kunt u CD’s afspelen
1. Selecteer de CD-modus met de FUNCTION-toets (13/27).
Op het display verschijnt “- -“.
2. Druk op de OPEN/CLOSE-toets (9/26) om de CD-lade te
openen.
3. Plaats de CD in de CD-lade met het label naar boven
gericht. Druk nogmaals op de OPEN/CLOSE-toets om
de CD-lade weer te sluiten.
4. Na enkele seconden verschijnt op het display het totaal-
aantal titels/tracks.
5. Druk op de PLAY/PAUSE (
)-toets (10/24). De CD wordt
vanaf de eerste titel afgespeeld. Het huidige titelnummer
en het symbool “ ” worden op het display getoond.
6. Om een CD te verwijderen, drukt u eerst de STOP
( )-toets (8/34) in, opent daarna de CD-lade en neemt
vervolgens de CD voorzichtig naar boven uit.
De CD-lade altijd gesloten houden.
OPMERKING:
• Als een disk verkeerd in de houder wordt geplaatst, of
als geen disk in de houder is geplaatst, gaat de mel-
ding “- -“ knipperen en verschijnt “NO“ op het display.
• De weergave van een door de gebruiker gemaakte CD
kan op grond van de vele beschikbare programma’s en
CD-media niet worden gegarandeerd.
OPMERKING:
• Let op:
Er zijn vele methoden voor het branden en compri-
meren, evenals verschillen in kwaliteit tussen, voor-
opgenomen CD’s en gebrande CD's.
De muziekindustrie hanteert bovendien geen vaste
standaarden (copyrightbescherming).
Daarom kunnen in sommige gevallen problemen op-
treden bij het afspelen van CD's. Dit duidt echter
niet
op een storing van het apparaat.
Beschrijving van de CD-toetsen
PLAY/PAUSE (
) (10/24)
Hiermee kunt u de weergave even onderbreken en weer
starten. Het symbool “ ” knippert op het display. Na het
nogmaals indrukken van deze toets wordt de weergave
voortgezet.
F.FWD
/
REW (
/
/
/
) (6/7/33)
Met F.FWD ( / ) kunt u naar de volgende of de daarop-
volgende titel springen, enz.
• Wanneer u de toets ingedrukt houdt, kunt u snel naar
titels zoeken.
De REW ( / ) toets kunt u als volgt bedienen:
1 x indrukken = De huidige titel begint opnieuw.
2 x indrukken = Springt naar de volgende titel.
3 x indrukken = Speelt een eerdere titel enz. Wanneer u de
toets ingedrukt houdt, kunt u snel naar titels
zoeken.
STOP ( ) (8/34)
De CD wordt stilgezet.
REPEAT (5/23)
Terwijl een CD wordt weergegeven:
1 x indrukken = (
brandt) De huidige titel wordt steeds
herhaald.
2 x indrukken = (ALL
brandt) De complete CD wordt
steeds herhaald.
3 x indrukken = Alle functies zijn gewist. De normale
afspeelmodus wordt voortgezet.
Geprogrammeerde weergave
Biedt de mogelijkheid om een willekeurige titelvolgorde te
programmeren.
1. Druk op de STOP ( ) -toets (8/34).
2. Druk op de MEM/PROG-toets (4/21). De geheugenlo-
catie “01” en the melding “PROG” knipperen in het dis-
play. Selecteer de gewenste titel met de toetsen F.FWD
/ REW ( / / / ) (6/7/33) en druk opnieuw op de