Functies en indicaties
107 |
N L
Volume van signaaltonen
Het volume van de signaaltonen kan voor iedere groep apart worden ingesteld.
Gebruikersmenu -> Configuratie -> Volume instellingen
Bedieningstonen 0-10
Infotonen
0-10
Alarmtonen
0-10
Aanwijzing
Deze volume-instellingen zijn niet van invloed op het volume van de centrale
en
de
binnensirene.
Aanwijzing
Het maximale volume op de sirene wordt beperkt als de batterijen leeg zijn.
Uitschakeltijd signaaltonen
In de batterijmodus schakelt de sirene na 3 minuten automatisch mute.
Storings- en sabotagebeveiliging
De binnensirene bewaakt continu storings- en sabotagetoestanden en meldt alle gebeurtenissen
aan de centrale. Het volgende wordt bewaakt:
•
Sabotagecontact:
Het sabotagecontact van de binnensirene wordt continu bewaakt.
•
Voedings- en batterijspanning:
De binnensirene bewaakt de voedings- en batterijspanning onder belasting en meldt
storingen aan de centrale.
•
Supervisie
De binnensirene zendt continu supervisiemeldingen naar de centrale
•
Jamming / Interferentie:
De binnensirene bewaakt pogingen tot interferentie van het draadloze signaal
.
Wordt
jamming herkend, wordt aan de centrale het bericht "Jamming, resp. interferentie"
gezonden.
Gevaar
De sirene is zo ontworpen dat wijzigingen die minimaal 400 ms duren worden
herkend (EN50131-1 hoofdstuk 8.9.1 en EN50131-3 hoofdstuk 8.9 en bijlage B).
Inbraak-, overval- of sabotagesignalen moeten minimaal 400ms duren.
De sirene is zo ontworpen dat wijzigingen van storingstoestanden (storingssignalen)
die minimaal 10 ms duren worden herkend (EN50131-1 hoofdstuk 8.9.1 en
EN50131-3 hoofdstuk 8.9 en bijlage B).