4
5
NL
NL
Als de oprit en het gazon zich op gelijke hoogte bevinden, gebruik de omheiningsdraad om een
gang te creëren. Dit zorgt ervoor dat uw robotmaaier de oprit probleemloos over kan rijden om het
gazon aan de andere kant te bereiken.
Oneffen gazonoppervlak
Een oneffen gazonoppervlak kan ertoe leiden dat de messen contact maken met het gazon,
waardoor de messen schade kunnen oplopen. Het wordt aangeraden om de robotmaaier alleen
op een effen gazon te gebruiken en oneffen stukken met omheiningsdraad uit te sluiten.
Het laadstation plaatsen
Bepaal de beste plaats voor het laadstation. Houd ermee rekening dat een permanente aansluiting
op een stopcontact nodig is.
Haal het laadstation uit de verpakking en zorg dat de ingang zich aan de rechterkant bevindt,
zodat de maaier tegen de klok in het laadstation kan binnen rijden.
Om een probleemloze terugkeer van de robotmaaier naar het laadstation te garanderen, zorg voor
2 m rechte draad voor het laadstation en 50cm richting het maaigebied. Plaats het laadstation in
een schaduwrijk gebied, een lagere temperatuur zorgt voor betere laadprestaties van de accu.
Belangrijk: Plaats het laadstation op een effen en vlakke ondergrond, uit de buurt van een vijver,
zwembad of trap.
We bevelen een gepaste bescherming voor de elementen aan, zoals een dak of -garage.
Plaats het laadstation niet in de buurt van een helling, zoals bovenop een heuvel of in een greppel.
Vermijd een linker of rechter helling van meer dan 5 graden.
>5°
>5°
Als uw gazon een zachte of oneffen ondergrond heeft, raden wij aan om het gebied rondom het
laadstation te verstevigen met een beschermnet speciaal voor gras. De herhaaldelijke druk van de
achterwielen kan anders de graszode beschadigen.
Als eenmaal het laadstation op een gepaste plaats is geïnstalleerd en de elektrische kabel is
uitgerold, breng dan eerst de omheiningsdraad aan voordat u de stekker in het stopcontact steekt.
Uw omheiningsdraad met haringen vastzetten
Wij raden u aan om het gras eerst tot 60 mm of minder te maaien voordat u de omheiningsdraad
aanbrengt. Het begraven van de omheiningsdraad is volledig optioneel. Hoe dichter de
omheiningsdraad tegen de grond wordt gelegd, hoe minder is de kans op struikelen of het
ontstaan van schade aan de draad tijdens het maaien van uw gazon.
Gebruik de meegeleverde lineaal om de nodige ruimte van 20-30 cm tussen de draad en obstakels
te waarborgen.
20-30cm
20-30cm
20-30cm
50cm
De aanbevolen afstand tussen twee haringen is ongeveer 80 cm in een rechte lijn, en minder bij
scherpe bochten.
Zorg dat de haak en de draadgleuf van de haring zich aan de buitenkant van de omheining
bevinden.
80cm
80cm