
90
Symbolen op het LCD-beeldscherm
Symbool
Betekenis
Alarmindicator: De gemeten waarden zijn tijdens de configuratie binnen de aangegeven grenzen.
Er is geen hoog/laag alarm ingesteld.
Alarmindicator: De gemeten waarden worden tijdens de configuratie overschreden.
Opname is gestopt.
Bezig met opnemen.
Opname is onderbroken.
P
Apparaat is klaar om op te nemen: Apparaat is geconfigureerd, en opname is nog niet gestart. Het
verdwijnt eenmaal de datalogger opneemt.
Batterijsymbool: Vol batterijvermogen
Batterijsymbool: Voldoende batterijvermogen
Batterijsymbool: Laag batterijvermogen, vervang de batterij
mA
Stroomeenheid
V
Spanningseenheid
ID
Logger-ID
MAX/MIN Maximum/minimum meting
USB
Verbonden met computer.
USB PDF Verbonden met computer en PDF-rapport aan het genereren.
PAUSE
Geeft aan dat de pauzefunctie voor het limietalarm ingeschakeld is.
MODE
START
Geeft aan dat er een startmodus werd gekozen. Het wordt weergegeven voordat de opname start.
MODE
STOP
Geeft aan dat er een stopmodus werd gekozen. Het wordt weergegeven voordat de opname stopt.
TIME
START
Geeft de resterende tijd voor de start van de opname aan.
TIME
STOP
Geeft de resterende tijd voor het einde van de opname aan.
Klaar om de opname te starten door de ENTER (7) knop enkele seconden ingedrukt te houden.
(Selecteer “START BIJ DRUKKEN OP DE KNOP” als “STARTVOORWAARDE VAN OPNAME”
tijdens de configuratie.)
Opname kan worden gestopt door de ENTER (7) knop enkele seconden ingedrukt te houden.
(Selecteer “STOPKNOP” als “STOPWIJZE” tijdens de configuratie.)
Summary of Contents for 2203098
Page 111: ...111...