Virax VISIOVAL 294020, User Manual

Page: 34 / 76

-NL-
Wij danken u voor de aankoop van dit product van Virax, en voor het vertrouwen dat u in ons stelt. Virax is
een belangrijke speler voor de fabricage en de verkoop van gereedschap aan de sector van sani taire
installaties en van klimaattechnologie, en staat u in uw dagelijkse leven bij. Virax brengt uw talent tot
uitdrukking. Deze documenten werden met zorg opgesteld zodat u de machine zo goed mogelijk en in alle
veiligheid kunt gebruiken. We drukken erop dat het belangrijk is dat u deze gebruikershandleiding aandachtig
leest vóór u de machine gebruikt, en dat u ze in de onmiddellijke nabijheid van de machine bewaart.
Veiligheidsrichtlijnen
Deze belangrijke instructies en waarschuwingen worden weergegeven door symbolen.
Opgelet: Veiligheidsregels
Voor uw veiligheid moeten enkele veiligheidsmaatregelen in acht worden genomen:
Ontkoppel het apparaat vóór u werkzaamheden aan het apparaat uitvoert. Dankzij de
moderne fabricagetechnieken is het weinig waarschijnlijk dat uw werktuig defect is of dat er een
onderdeel ontbreekt. Als u niettemin een gebrek vaststelt, gebruik het werktuig dan niet vóór de
onderdelen werden vervangen of het defect werd hersteld. Als u die regel niet naleeft, kan dat
ernstige verwondingen veroorzaken.
De term "werktuig" in deze waarschuwingen verwijst naar uw draagbaar elektrisch werktuig gevoed door het
elektriciteitsnetwerk via de stroomkabel.
Veiligheidsrichtlijnen
De machine Virax ref. 294020/294030/294040 dient enkel voor professioneel gebruik en mag alleen worden gebruikt door
bekwame personen. De gebruikregels die gelden in gebouwen en op openbare werken, moeten altijd worden nageleefd.
-
Algemene veiligheidsrichtlijnen
Belangrijk: Het bedrijf Virax kan niet aansprakelijk worden gesteld voor ongelukken die zich voordoen na gebruik van de
machine voor andere doeleinden dan waarvoor ze werd ontworpen.
1.
Veiligheid in de werkzone
a.
Hou de werkzone proper en goed verlicht. Slecht verlichte of wanordelijke zones zijn een bron van
ongelukken.
b.
Doe de elektrische werktuigen niet werken in een explosieve atmosfeer (ontvlambare vloeistoffen, gas of
stof). Elektrische werktuigen geven vonken af die stof of dampen kunnen doen ontvlammen
c.
Hou aanwezige kinderen en personen uit de buurt van de werkzone. Als u wordt afgeleid, kunt u de
controle over het werktuig verliezen.
2.
Elektrische veiligheid
a.
Stel de werktuigen niet bloot aan regen of vochtigheid. Als water het werktuig binnendringt, verhoogt het
risico op elektrische schokken.
b.
De stekker van het elektrische werktuig moet geschikt zijn voor het stopcontact. wijzig nooit de stekker
op welke manier dan ook. Ongewijzigde stekkers en gepaste elektrische snoeren verminderen het risico op
elektrische schokken.
c.
Vermijd elk contact van het lichaam met oppervlakken verbonden met de aarde, zoals buizen, radiatoren,
fornuizen en koelkasten. Er is een verhoogd risico op elektrische schokken als uw lichaam verbonden wordt
met de aarde.
d.
Het snoer niet verkeerd behandelen. gebruik nooit het snoer om het werktuig te dragen, te versleuren of
te ontkoppelen. hou het snoer buiten het bereik van warmte, smeermiddelen, scherpe randen of
bewegende onderdelen. Beschadigde of verwarde snoeren verhogen het risico op elektrische schokken.
e.
Is u een werktuig buiten gebruikt, gebruik dan een verlengsnoer geschikt voor gebruik buiten. Het
gebruik van een snoer geschikt voor gebruik buiten vermindert het risico op elektrische schokken.
f.
Als het gebruik van een werktuig in een vochtige omgeving onvermijdelijk is, gebruik dan een voeding
beschermd door een aardlekschakelaar. Het gebruik van een aardlekschakelaar vermindert het risico op
elektrische schokken.
3.
Veiligheid van personen
a.
blijf opletten, let op wat u wilt doen en getuig van gezond verstand. gebruik geen werktuig als u vermoeid
bent of als u onder invloed van drugs, alcohol of medicijnen verkeert. Een moment van onoplettendheid
tijdens het gebruik van het werktuig kan tot ernstige verwondingen leiden.
b.
gebruik veiligheidsuitrusting. draag altijd een veiligheidsbril. Vermijd elke ontijdige start. Het werktuig
dragen met de vinger aan de schakelaar als het tuig in de startstand staat, is een bron van ongelukken.
c.
werk niet haastig. neem op elk moment een geschikte houding aan en bewaar daarbij het evenwicht.
Daardoor hebt u in onverwachte omstandigheden beter controle over het werktuig.
d.
draag gepaste kledij. draag geen wijde kleding of juwelen. hou de haren, kleding en handschoenen uit de
buurt van bewegende onderdelen. Wijde kleding, juwelen of lange haren kunnen door bewegende
onderdelen worden gegrepen.