VESTEL VEKF1015, User Manual

Page: 78 / 96

NL - 77 -
Voor u uw koelkast in gebruik neemt
• Tijdens de eerste ingebruikname of om de efficiënte bediening van het
apparaat te garanderen nadat u het hebt verplaatst, moet u uw koelkast
3 uur onbelast laten draaien (in verticale positie) en daarna de stekker in
het stopcontact steken. Zo niet kan de compressor worden beschadigd.
• De eerste maal dat u uw koelkast in gebruik neemt, is het mogelijk dat u een zekere geur
waarneemt. Deze geur verdwijnt zodra u uw koelkast begint te koelen.
BEDIENING VAN HET APPARAAT DEEL 2.
Thermostaat instelling
Waarschuwingen voor temperatuurinstellingen
• De diepvriezer van de ijskast kan tot -18°C en meer koelen.
• Het wordt voor het prestatievermogen niet aangeraden uw koelkast te laten werken in
omgevingen die kouder zijn dan 10°C.
• Temperatuuraanpassingen moeten worden uitgevoerd in overeenstemming met het
aantal malen dat de deur wordt geopend, de hoeveelheid etenswaar dat in de koelkast
wordt bewaard en de omgevingstemperatuur van waar de koelkast bevindt.
• Uw koelkast moet nadat de stekker in het stopcontact is gestoken in overeenstemming
met de omgevingstemperatuur tot 24 uur zonder onderbreking in werking worden
gehouden om deze volledig te koelen. Tijdens deze periode dient u de deuren van uw
koelkast niet frequent te openen en de koelkast niet overmatig te vullen.
• Er wordt een vertragingsfunctie van 5 minuten toegepast om schade aan de compressor
van de koelkast te vermijden wanneer u de stekker verwijdert en opnieuw invoert om ze
De thermostaat van koelkast regelt automatisch de binnentemperatuur van het koel- en
vriesvak. Door de knop te draaien van 1 tot 5 kunt u koudere temperaturen instellen.
Belangrijke opmerking: Draai de knop niet voorbij stand 1 want dit zal uw toestel
uitschakelen.
• Als u etenswaren voor een korte periode wilt bewaren in het viesvak kunt u de knop
tussen de minimum en medium stand draaien (1-3).
• Als u etenswaren voor een lange periode wilt bewaren in het viesvak kunt u de knop op
medium draaien.(3-4)
• Merk op dat de temperatuur van de omgeving, de temperatuur van de net opgeslagen
etenswaren en hoe vaak de deur geopend wordt, de temperatuur in het vriesvak en
koelvak beïnvloeden. Indien noodzakelijk, wijzigt u de temperatuurinstelling.