9300, 9301, 9302, 9303
2019-11
Uw rolstoel/toiletstoel gebruiken
8
NL
4.4
Transfer in/uit uw rolstoel/toiletstoel
Gevaar voor letsel of beschadiging
•
Als u de transfer niet op een veilige manier kan uitvoeren, vraag dan hulp.
•
Ga niet op de voetplaten staan om in of uit de rolstoel/toiletstoel te stappen.
Transfer
1. Plaats de rolstoel zo dicht mogelijk bij de stoel, zetel of het bed waarop u zit.
2. Activeer beide parkeerremmen om de beweging te blokkeren, zie §4.2.
3. Klap de voetplaten omhoog om te voorkomen dat u erop gaat staan.
4. Als de transfer zijdelings gebeurt, klap dan de armsteun aan die kant omhoog.
5. Beweeg naar/uit uw rolstoel door kracht te zetten op uw armen, of met behulp van een
begeleider of liftmaterieel.
Zitten in de rolstoel/toiletstoel
1. Ga zitten op de zit met uw onderrug tegen de rugsteun.
2. Klap de voetplaten naar beneden en zet uw voeten erop.
4.5
Rijden
Gevaar voor letsel of beschadiging
•
Voor gebruik, zorg ervoor dat:
o
de voetplaten stevig werden vastgemaakt, zie §5.4.2.
o
de parkeerremmen goed werken.
o
de remmen in goede staat zijn, zie §7.
•
Vermijd dat uw vingers gekneld raken tussen de wielspaken.
•
Bedien de aandrijfhoepels niet met natte handen.
•
Vermijd dat uw handen gekneld raken tussen de aandrijfhoepels wanneer u door smalle
doorgangen rijdt.
•
Rijd NIET op hellingen, hindernissen, treden of stoepranden die groter zijn dan beschreven
in hoofdstuk 7.
•
Wanneer u stopt op een (kleine) helling, gebruik dan de remmen.
•
Zorg ervoor dat alle vier wielen de grond raken wanneer u op of af een helling rijdt.
•
Neem hellingen zo traag mogelijk.
•
Blijf altijd op het voetpad wanneer u op de openbare weg rijdt.
•
Pas op als de weg gaten of spleten heeft waardoor de wielen kunnen vastlopen.
•
Vermijd stenen en andere objecten die de wielen kunnen blokkeren.
•
Zorg ervoor dat de voetplaten de grond niet raken bij het nemen van een obstakel.
•
Gebruik uw rolstoel niet op roltrappen.
•
Indien beschikbaar, bevestig uw veiligheidsgordel.
•
Houd steeds rekening met de draaicirkel van de voetplaat om te voorkomen dat
voorbijgangers verwond raken, of dat objecten beschadigd raken.
•
Indien u niet voldoende ervaring heeft om met uw rolstoel te rijden, vraag dan hulp aan een
begeleider. Houd dan uw armen uit de buurt van de wielen, en uw voeten op de voetplaat.
•
Trappen mogen enkel genomen worden met behulp van twee begeleiders.
•
Neem geen trappen die ongepast zijn voor rolstoelen.
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG