NL
BELANGRIJK - Het kiezen van de juiste plaats.
1. De ventilator moet worden geplaatst en aangesloten volgens ter plaatse geldende voorschriften.
2. De ventilator is niet geschikt voor plaatsing in een douchecel of afgesloten douche gedeelte en dient dusdanig geplaatst te
worden dat deze niet direct met water besproeid kan worden vanuit een douchekop of kraan. De ventilator dient buiten het bereik
te worden geplaatst van personen die een bad nemen of douchen. Ook mag de ventilator niet direct bij warmtebronnen boven de
40°C worden geplaatst of in een omgeving met overmatig veel vettige bestanddelen in de lucht.
3. Wanneer de ventilator wordt geplaatst in een ruimte waarin verbranding plaatsvindt (denk b.v. aan een gasgeiser) dan dient de
installateur er op te letten dat de luchttoevoer voldoende is voor het apparaat met invendige verbranding en de ventilator samen.
4. De elektrische bedrading naar de ventilator dient via een dubbelpolige schakelaar of via een stekkerverbinding te lopen. Deze
schakelaar of stekkerverbinding dient buiten de ruimte te worden gehouden waar een bad of douche is opgesteld.
5. Aansluiting op een buizensysteem Onder omstandigheden waar ongewoon veel vocht in de lucht aanwezig is dient in de
afvoerleiding een zogenaamde condenstrap te worden aangebracht. Een horizontale afvoerleiding dient vanaf de ventilator
aflopend te zijn. Afvoerleidingen die een koude onverwarmde ruimte paseren dienen geïsoleerd te worden. Indien de ventilator
in de leiding is opgenomen samen met die ventilator.
Installatie Voorschriften
VOORBEREIDING
Verwijder de regelmodule (1) bovenuit de verpakking en berg deze zorgvuldig op. U hebt deze module pas nodig op het moment van in
bedrijfstellen. Neem de ventilator uit de doos en verwijder het rooster (3) door de bevestigingsschroef los te draaien. Verwijder ook het
ventilatorgedeelte (4) door de twee schroeven aan weerszijden van dit gedeelte los te draaien. Plaats het ventilatorgedeelte en het rooster
terug in de doos om beschadiging te voorkomen.
OPBOUW
1.
Teken de drie bevestigingsgaten en het middelpunt voor de uitlaattuit af op het montage oppervlak met behulp van de meegeleverde mal.
2.
Snijd of zaag het 110mm gat voor de uitlaattuit uit.
3.
Boor de gaten voor de bevestigingsschroeven en breng de pluggen aan.
4.
Verwijder de uitdrukpoort uit het ventilatorhuis zodat de bedrading ingevoerd kan worden. Er is keuze uit een uitdrukpoort voor bedrading
op de muur of plafond of in de muur of plafond.
5.
Indien er gebruik gemaakt wordt van 100mm buis als afvoerkanaal dan dient deze buis vlak met het muur- of plafond oppervlak te worden
afgezaagd. Het meegeleverde zelfklevende band dient dan rond de uitlaattuit van de ventilator te worden aangebracht zodat in een goede
afdichting wordt voorzien.
6.
Voer ongeveer 200 mm van de bedrading in het ventilatorhuis. Druk vervolgens de uitlaattuit van het ventilatorhuis in de buis of breng een
flexibele ventilatie slang aan met behulp van een wormslangklem. In geval van buis verdient kunststof buis de voorkeur boven metaal i.v.m.
condensvorming. Bevestig het ventilatorhuis met behulp van de bevestigingsschroeven.
INBOUW
1.
Teken de drie bevestigingsgaten en de buitenkant van het ventilatorhuis af op het bevestigingsopper vlak met behulp van de meegeleverde
mal.
2.
Snijd of zaag het 110mm gat voor de uitlaattuit uit en verder het gat voor het gehele ventilatorhuis tot een diepte van 85mm.
Bevestig de ophangbeugels op het ventilatorhuis en teken de bevestigingsgaten af op het onderliggende gedeelte.
N.B.
Voor een nette afwerking bij inbouw is het nodig dat de ophangebeugels in het montage oppervlak worden vezonken. Dit zodanig dat het
ventilator huis 10 a 15mm uitsteekt buiten het afgewerkte oppervlak. Op die manier kan het rooster juist worden bevestigd.
3
. Boor de twee bevestiginsgaten voor de ophangbeugels en breng de pluggen aan.
4.
Indien gebruik wordt gemaakt van 100 mm buis dan dient het meegeleverde zelfklevende band rond de uitlaattuit van het ventilatorhuis te
worden aangebracht, zodat in een goede afdichting wordt voorzien.
Zie ook punt 5 van hoofdstuk BELANGRIJK.
5.
Verwijder een doordrukpoort uit het ventilatorhuis t.b.v. de inkomende bedrading.
6.
Breng de twee ophangbeugels aan in de daarvoor bestemde openingen achterin het ventilatorhuis en breng de gehele ventilator in de
daarvoor aangebrachte uitsparing. Indien van flexibele ventilatieslang (100mm) gebruik wordt gemaakt breng deze slang dan eerst aan d.mv.
een wormslangklem. Indien er gebruik wordt gemaakt van een vaste buis zorg er dan woor dat bij het plaatsen de uitlaattuit van de ventilator
goed in deze buis wordt gebracht. l.v.m. condensvorming verdient kunststof buis de voorkeur boven metaal.
Voer ongeveer 200mm van de bedrading in het ventilatorhuis.
7.
Breng de ophangbeugels op hun plaatsw in het verzonken gedeelte zet het geheel vast en werk het af.
8.
Breng de sierrand aan om het ventilatorhuis.
RAAMMONTAGE
Zie de gegevens meegeleverd met de raam-inbouwset.
INSTALLATIE VAN SYSTEEM 25
Zie de gegevens meegeleverd met het Systeem 25 Plenum.
Bedradingswoorschriften
1.
U dient zich ervan te overtuigen dat de electriciteit is uitgeschakeld voodat u aan het bedraden begint. Dit apparaat is alleen geschikt voor
aansluiting op 220-240 Volt wisselspanning 50 perioden.
2.
Alle SOLO modellen zijn dubbel geïsoleerd en aarding is niet nodig.
3.
De aansluiting op het electriciteitsnet dient in overeenstemming te zijn met te plaatse geldende regels.
4.
In de electrische voeding naar het apparaat dient een dubbelpolige schakelaar te zijn opgenomen.
5.
Het electrische schema wordt weergegeven in de figuren 1 en 2. Voor raammontage dient de aansluitkabel te worden ingevoerd via de
aangegeven plaats in de zijkant.
6.
Breng het ventilator-gedeelte weer aan en vervolgens ook de regelmodule.
7.
Schakel de electriciteitsvoorziening weer in en controleer of de ventilator juist funktioneert.
HET INSTELLEN VAN DE TIMER
(alleen de T modellen)
De T regelmodules zijn uitgevoerd met een electronische timer die automatisch wordt geaktiveerd wanneer de ventilator wordt ingeschakeld
door middel van een schakelaar b.v. de lichtschakelaar. Gedurende de tijd dat deze schakelaar is ingeschakeld en gedurende een van te
voren ingestelde tijd tussen 5 en 25 minuten nadat de schakelar weer wordt uigschakeld draait de ventilator op het hoogste toerental. De timer
wordt op de fabriek op ongeveer 15 minuten ingsteld.
SCHAKEL DE ELECTRICITEITSVOORZIENING UIT GEDURENDE HET INSTELLEN VAN DE TIMER. Verwijder het rooster door eerst de
bevestigingsschroef midden in het rooster los te draaien. Draai het knopje op de voorkant van de regelmodule rechtsom om de ingestelde tijd
te verlengen en naar links om deze tijd te verkleinen. Elke kwartslag is ongeveer gelijk aan 5 minuten.
N.B.
Indien gebruikt in een verlichtingscircuit bevelen wij voor een betrouwbare werking aan dat gloeilampen worden
toegepast. De fabrikanten van sommige fluorescentie- en spaarlampen geven aan dat deze lampen storing kunnen veroorzaken in
elektronische circuits.