38
REINIGING EN ONDERHOUD
Laat het apparaat
volledig afkoelen
alvorens dit te reini-
gen.
Voordat u het apparaat
gaat reinigen, scha-
kelt u het uit door de
stekker uit het stop-
contact te trekken.
1. Zwenkfilter uitzwenken. Duurzaam filter
uitnemen en ledigen.
2. Het apparaat mag in geen geval in water of
een andere vloeistof worden gedompeld.
3. De uitnembare componenten zoals glazen
kan, deksel en duurzaam filter kunnen in een
warm zeepzopje of in de vaatwasmachine
worden gespoeld (mogelijke kleurverande-
ringen hebben geen invloed op de kwaliteit
van de koffie). Wij aanbevelen reinigung
met de hand.
4. U kunt het deksel van de koffiekan voor
het reinigen afnemen. Het deksel loodrecht
stellen en tot een zijde drukken, tot dat het
uit de houder slipt. Voor inzetten omge-
keerd voorgaan.
5. Apparaat met een vochtige doek afwrijven.
6. Voor het reinigen van het apparaat geen
scherpe of schurende poetsmiddelen
gebruiken.
1. Ontkalk uw koffiezetapparaat regelmatig
naarmate hoe vaak u het apparaat gebruikt
en de lokale hardheid van het water om de
levensduur van het apparaat te verlengen en
het stroomverbruik laag te houden. Gebruik
hiervoor een in de handel gebruikelijke
ontkalker voor huishoudelijk apparatuur
(a.u.b. de instructies van de fabrikant
opvolgen!). Ontkalkingsproces indien nodig
herhalen.
2. Na het ontkalken het apparaat laten afkoelen
en tenminste twee keer de maximale invul-
hoeveelheid koud water door het apparaat
laten doorlopen.
ONTKALKEN
Copyright UNOLD AG | www.unold.de