24
VLAMBEELD
• Het beeld van de vlam moet blauw en stabiel zijn (fig. 1). Er mogen geen gele vonken, luide geluiden of een
afstand tussen de onderzijde van de vlam en de gaspit zijn.
• Een gele vlam duidt op onvoldoende toevoer van zuurstof. Luide geluiden en een afstand tussen de vlam en de
gaspit duiden op overmatige toevoer van zuurstof.
• Controleer het vlambeeld bij ieder gebruik. Neem contact op met een specialist om het apparaat te resetten als
het vlambeeld afwijkt van normaal.
1
TIPS MET BETREKKING TOT BRANDEND VET
WAARSCHUWING!
Bescherm uzelf en uw handen tegen spurten van vlammen. Probeer nooit een vetbrand te blussen met water! Draai alle bedieningsknoppen in de
UIT-stand als een vetbrand optreedt. Draai de gastoevoer van de gasfles(sen) en/of drukregelaar(s) dicht en wacht totdat de brand uit zichzelf uit
gaat.
• Vetten en sappen die van het vlees op de verwarmer druipen produceren korten spurten van vlammen die ook bijdragen aan de grillsmaak.
• Als er te veel spurten van vlammen worden geproduceerd kan het vlees verbranden.
• Gebruik enkel vlees dat geschikt is voor grillen. Vermijd het grillen van vlees met overmatig vet.
• Snijd voor het grillen van het vlees altijd zoveel mogelijk vet weg en gebruik niet te veel marinade om het aanbranden van vlees te voorkomen.
NA GEBRUIK
1. Sluit het ventiel op de gasfles(sen) en/of drukregelaar(s) en wacht totdat de vlam in het apparaat volledig dooft.
2. Draai alle bedieningsknoppen in de UIT-stand en laat het apparaat gedurende 5 minuten afkoelen. Het deksel (de deksels) moeten geopend zijn op dit
moment.
3. Koppel de gasfles(sen) af van het apparaat, reinig (
→
REININING, ONDERHOUD EN VERZORGING) en sla het apparaat op (
→
OPSLAG EN VERVOER) als
u het apparaat niet spoedig opnieuw gebruikt.
PROBLEEMOPLOSSING
Verwachte storingen, fouten of schades zijn vaak het gevolg van oorzaken die gebruikers zelf kunnen oplossen. Controleer derhalve het apparaat met gebruik
van onderstaande tabel alvorens u contact opneemt met een kwalificeerde specialist. In de meeste gevallen kan het probleem snel opgelost worden.
WAARSCHUWING!
Voer enkel de stappen uit zoals omschreven in deze gebruiksaanwijzing! Alle overige inspectie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moeten
uitgevoerd worden door een geautoriseerd servicecentrum of een vergelijkbaar gekwalificeerde specialist!
Probleem
Mogelijke oorzaak en oplossing
Het apparaat ontsteekt niet onmiddellijk.
• Zorg ervoor dat de gasventielen open zijn.
• Controleer of er vonken worden geproduceerd tijdens het ontsteken van het apparaat.
• Druk de bedieningsknop(pen) 5 seconden in voordat u het apparaat probeert te ontsteken.
• Zorg ervoor dat de brander(s) schoon is/zijn.
• Controleer of de gasfles(sen) niet leeg is/zijn.
Het apparaat ontsteekt helemaal niet.
• De elektrode kan bedekt zijn met kookresten. Gebruik een schoon wattenstaafje en alcohol om
te reinigen.
• De elektrode of draad kan beschadigd zijn. Vervang met een nieuwe elektrode en draad.
• De draden van de elektrode zitten los of zijn losgekomen. Vervang met een nieuwe elektrode
en draad.
• Maak de opening vrij als deze geblokkeerd is.
• De elektrode is niet gericht op het brandergat. Lijn de elektrode en het brandergat uit. Stel de
afstand tussen de metalen pin van de elektrode en het brandergat in op 3-5 mm.
Geen vonkgeluid.
• De elektrode is niet gericht op het brandergat. Lijn de elektrode en het brandergat uit. Stel de
afstand tussen de metalen pin van de elektrode en het brandergat in op 3-5 mm.
Drukregelaar maakt geluid.
• Controleer of de ventilatieopening op de drukregelaar verstopt is. Maak de opening vrij en
wacht 5 minuten voordat u het opnieuw probeert.
• Controleer of alle ventilatieopeningen bedekt zijn. Controleer het vlambeeld en verwijder
mogelijke verstoppingen.
Het apparaat verwarmt enkel van 100 °C tot 150 °C,
lage temperatuur met knop(pen) in HI-stand.
• Controleer om ervoor te zorgen dat de thermometers correct functioneren. Om dit te doen,
leg een oventhermometer in het apparaat en vergelijk de temperatuur met dat van de
temperatuurinstelling op het apparaat zelf.
• Controleer alle gasaansluitingen op gaslekken. Draai de aansluiting aan als er een gaslek is.
• Fatsoeneer de gasslang(en) als deze gebogen of geknikt is.
• Reinig de brander(s) of de opening als deze geblokkeerd is.
• Laat uw gasleverancier de gasfles(sen) controleren in het geval van lage gasdruk.
• Gastoevoer is onvoldoende als er niet genoeg gas in de gasfles(sen) is. Hervul of vervang de
gasfles(sen).
Het duurt lang voordat het apparaat is opgewarmd.
• Het duurt lang om op te warmen als het buiten koud is. De benodigde opwarmtijd om op te
warmen van 250 °C tot 320 °C is meestal 10-15 minuten.
• Gastoevoer is onvoldoende als er niet genoeg gas in de gasfles(sen) is. Hervul of vervang de
gasfles(sen).
• Controleer of de gasslang(en) niet geblokkeerd of verstopt is/zijn.
De brandervlam is niet blauw.
• Controleer of er te veel of te weinig lucht wordt toegevoerd.
• Controleer of de brander goed is uitgelijnd.
• Neem contact op met een specialist in het geval van onvolledige verbranding.
Brander(s) kunnen niet ontstoken worden door een
lucifer.
• Open het gasventiel van de gasfles(sen) en/of drukregelaar(s) als er geen gas wordt toegevoerd
aan de brander(s).
• Controleer de gasslangen van de brander(s) of de gasstroom niet soepel is.
• Stel de brander(s) en ventiel(en) opnieuw samen als samenstelling onjuist acht.
• WAARSCHUWING!
Draai alle bedieningsknoppen in de UIT-stand als de brander niet ontsteekt
binnen
5 seconden
. Wacht
5 minuten
om het gas te laten verdwijnen en probeer het opnieuw.
NL
