NL-12
U kunt de functies in de tabel op pagina 12,
13 wijzigen.
1.
(als het product UIT is)
3 sec. indrukken
♪
2.
Selecteer "Functienummer".
of
Vooruit
♪
Terug
♪
･･･
Instellen
♪
Functie
Instelling
Besturing lampjes
U kunt de helderheid van het display en het
indicatielampje voor de zuiverheid selecteren.
Uitschakelen
Als deze is ingesteld op “Uitschakelen”, brand
het “Dim”-lampje gedurende 8 seconden nadat
het gebruik is gestart. Vervolgens gaat het
lampje uit.
Het indicatielampje voor de bevochtiging
knippert alleen donkerder als het product water
nodig heeft.
Het vervangingsindicatielampje
knippert alleen donkerder wanneer de
Plasmaclusteriongenerator moet worden
vervangen.
Dim
Auto
(standaard)
Lampje gaat automatisch AAN of UIT op basis
van de lichtsterkte in de ruimte.
• Veel licht in de ruimte: lampje is AAN
• Ruimte is donker: lampje is UIT
Wanneer het product in de slaapmodus werkt,
gaat het lampje ook uit als de ruimte licht is.
DE VERSCHILLENDE INSTELLINGEN WIJZIGEN
3.
Selecteer "Instellingsnummer".
of
Vooruit
♪
Terug
♪
Instellen
♪
～
4.
Druk op de AAN/UIT-knop om de
instellingsmodus af te sluiten.
Uitschakelen
♪
～
NL-13
NEDERLANDS
Functie
Instelling
Plasmaclusterion AAN/UIT
UIT
AAN
(standaard)
Automatisch herstarten
Als het stroomsnoer van het product is losgekoppeld
of als er een stroomstoring is, hervat de unit de
werking met vorige instellingen zodra er stroom is.
Annuleren
AAN
(standaard)
De sensorgevoeligheid aanpassen (F4 -
F6)
Lichtsensor
Laag
Stofgevoelige sensor
Standaard
(standaard)
Geursensor
Hoog
Instelling geluidsindicatie
U kunt het product instellen om te piepen als het
waterreservoir leeg is.
Annuleren
(standaard)
AAN
