MAN TGA XXL 41.660 8 x 4/4
15
2.) De beplankingen 2 x 11.28 en 11.29 zoals weergegeven
vastlijmen.
De steunen (freesplaat “B”) 11.30 aan de versterkings-
platen (freesplaat “A”) 11.31 van binnen aanbrengen en
vastlijmen, dan deze op de drager 11.25 plaatsen en
hierbij de beplanking 11.29 aanbrengen.
3.) de beplanking 11.32 op de versterkingsplaat lijmen.
Het bevestigingsplaatje11.33 (freesplaat “B”) in de aan-
gegeven maat boven tegen de beplanking 11.28 en
tegen de lengtedrager 11.21 lijmen.
De gereedschapskast aan de rechterzijde van het voertuig
met de schroef 11.18, ring 11.19 en de moer 11.20 aan de
vergrendelingsbeugel bevestigen.
De gereedschapskast zal later de cabinevergrendeling over-
nemen.
De deksel 11.16 van de gereedschapskast met de parkers
11.17 sluiten.
De bouwgroep voor de opstaptreden (1-3) met de parkers
11.34 aan de zijkant van het chassis bevestigen.
Bouwfase 12
De freesdelen en de schroeven voor de cabine.
De spatlap 12.1 met de spatborddelen 12.2 en 12.3 recht-
hoekig lijmen. Let op linker en rechter zijde.
De bouwgroep 12.1 tot 13.3 eerst losjes op de naar buiten
stekende houder schuiven. De definitieve plaats van het
vast te lijmen spatbord kan pas vastgesteld worden na het
in- en uitrichten van de complete cabinegroep.
De koeler 12.4 tegen de voorste hoek lijmen. Aanwijzing: de
onderste hoek moet nog verschuifbaar blijven.
De koppelingsstift 12.5 maken van messingdraad Ø2mm en
met het sleepdeel 12.6 lijmen
De bumper12.9 en de afdekplaat 12.8 door middel van de
transparante verbindingsstukken12.7 (uit de glasfreesplaat
“C” nemen) aan de bovenkant tegen elkaar en in het mid-
den uitgericht met secondelijm bevestigen. De vebindings-
stukken 12.7 ca 25º naar voren welven.
Op de mistlampglazen 12.10 (freesplaat “C”) oranje sticker-
folie 12.11 plakken de bumper in een passende bocht bui-
gen en van achteren in de bevestiging lijmen. De mistlam-
pen en de behuizing voor de knipperlichten er tegenaan lij-
men.
De glaasjes voor de schijnwerpers 12.13 (freesplaat “C”) en
de behuizing voor de schijnwerpers eveneens erin lijmen.
De plaat voor de registerkoppeling 12.16 midden aan de
bumperplaat lijmen.
De bekeding voor de registerkoppeling 12.17 aanbrengen
(niet lijmen).
De messingassen12.18 in de bumperplaat aanbrengen en
trede 12.19 erop steken.
Tip:
praktijktests hebben uitgewezen dat het beter is ,als
deze delen beweegbaar blijven.
De registerkoppelingseenheid met de schroeven 12.20 aan
de bumper schroeven.
De komplete bumper met de schroeven 12.22 en de rin-
gen12.21 aan de onderste hoek van de cabinebevestiging
schroeven.
Aanwijzing:
om later de hoogte van de bumper exact af te
stellen zijn er in de hoekplaat van de cabinebevestiging
sleufgaten aangebracht. De schroeven 12.22 dus nog niet
te vast draaien.
Bouwfase 12.1 cabine-interieur
De freesdelen uit de zwarte freesplaten “D” en “E” nemen,
indien nodig licht schuren en met secondelijm, zoals aange-
geven vastlijmen.
Tip:
om de tijdens de productie opgetreden tolerantie van
de aan te brengen spatborden te compenseren mogen de
kanten “X” nog niet vastgelijmd worden.
Aanwijzing:
Als er nu een luidspreker best.nr. 8076 inge-
bouwd wordt, moet deze tussen de onderste spant 12.26
en de middelste 12.23 geplaatst worden. Wordt de luid-
spreker later ingebouwd, dan moet spant 12.33 nog niet
vastgelijmd worden.
De schroeven 12.30 worden zelftappend in de lengtedra-
gers 12.27 geplaatst, om de kantelaanslagbuis 12.29 te
geleiden.
Het binnengedeelte van de cabine bij wijze van proef mon-
teren en testen of de achterste spant 12.23 goed op het
chassis ligt. (zie “X”)
Van de kunststof driehoeklijst 5x5 worden nu 4 bevesti-
gingsstukken van 20mm lang gemaakt en zoals aangege-
ven in de cabine gelijmd. De afstand van 5mm t.o.v. de
onderkant van de cabine moet precies aangehouden wor-
den. (gebruik bij het lijmen een afstandsstuk)
Het spantenframe van het chassis afmonteren en in de
cabine plaatsen. De wielkasten 12.34 en 12.35 provisorisch
in de bevestigingssleuven van de spanten klikken. (De ein-
den van de spanten waar ze in de wielkast zitten eventueel
iets bijwerken).
De wielkasten aanpassen aan de overgang met bumpers en
aan de lijn van de deuropening aanpassen. (testmontage).
Schuif daarom het spantenframe in de cabine helemaal naar
voren. In het ideale geval lopen de lijnen van de wielkast en
de deuropening in elkaar over.
De wielkasten alleen aan het spantenframe lijmen, om
later de cabine te kunnen demonteren.
De vier gaten in het voorgemonteerde spantenframe over-
brengen op de bevestigingsstukken met 1,5mm boor
boren.
Het spantenframe met de parkers 12.36 in de cabine vast-
zetten.
Bouwfase 12.2 het interieur
De console voor de versnelling 12.37 tot 12.39 inelkaar lij-
men.
De delen van de bestuurder- en de bijrijderstoel 12.40 tot
Montage en gebruiksaanwijzing
Bestelnr.
3301