26
27
de stekker uit de wandcontactdoos te trekken. Houd het netsnoer uit
de buurt van hete oppervlakken, olie, scherpe randen en bewegende
onderdelen.
Beschadigde
of in de war geraakte netsnoeren vergroten het
risico van een elektrische schok.
e)
Wanneer u buitenshuis met elektrisch gereedschap werkt, moet u altijd
een verlengsnoer gebruiken dat is goedgekeurd voor buitengebruik.
Een
verlengsnoer voor buitengebruik beperkt het risico van elektrische schokken.
f)
Als het onvermijdelijk is dat u het elektrische gereedschap in
een vochtige omgeving gebruikt, moet u gebruikmaken van een
aardlekschakelaar.
Een aardlekschakelaar beperkt de kans op elektrische
schokken.
3) PERSOONLIJKE VEILIGHEID
a)
Wees alert, blijf met uw aandacht bij wat u doet en ga met overleg te
werk bij het gebruik van elektrische gereedschappen. Gebruik het
gereedschap niet wanneer u moe bent of onder invloed staat van
medicijnen, alcohol of drugs.
Een moment van onoplettendheid kan tot
ernstig letsel leiden.
b)
Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen. Draag altijd een
veiligheidsbril.
Het risico van persoonlijk letsel wordt aanzienlijk beperkt
wanneer u persoonlijke beschermingsmiddelen draagt zoals een stofmasker,
slipvaste werkschoenen, een veiligheidshelm of gehoorbescherming,
afhankelijk van de aard en het gebruik van het elektrische gereedschap.
c)
Voorkom dat het gereedschap onbedoeld wordt ingeschakeld. Zorg dat
de schakelaar UIT staat voordat u het gereedschap vastpakt of op het
elektriciteitsnet of de accu aansluit.
Wanneer u tijdens het dragen van het
elektrische gereedschap uw vinger op de schakelaar houdt of wanneer u het
gereedschap op de stroomvoorziening aansluit terwijl het ingeschakeld is,
bestaat er een grote kans op ongevallen.
d)
Verwijder stelsleutels en dergelijke voordat u het gereedschap
inschakelt.
Een stelsleutel die vastzit in een draaiend onderdeel van het
gereedschap kan tot letsel leiden.
e)
Reik niet te ver voorover of opzij. Zorg ervoor dat u stevig en goed
gebalanceerd op de grond staat.
Hierdoor kunt u het gereedschap in
onverwachte situaties beter onder controle houden.
f)
Draag geschikte werkkleding. Vermijd loshangende kleding of sieraden.
Houd uw haar, kleding en handschoenen uit de buurt van bewegende
delen.
Loshangende kleding, sieraden en lang haar kunnen verstrikt raken
tussen bewegende delen.
g)
Wanneer er voorzieningen voor het afzuigen en opvangen van stof
beschikbaar zijn, moeten deze worden aangesloten en gebruikt.
Geschikte afzuiging beperkt de risico's van stof..
4) GEBRUIK EN ONDERHOUD VAN ELEKTRISCH GEREEDSCHAP
a)
Zorg dat het gereedschap niet overbelast wordt. Gebruik het juiste
gereedschap voor uw werkzaamheden.
Met het passende elektrische
gereedschap werkt u beter en veiliger binnen het bereik waarvoor het
gereedschap is ontworpen.
b)
Gebruik nooit elektrisch gereedschap waarvan de schakelaar defect is.
Elektrische gereedschappen
die niet via de schakelaar kunnen worden in- of
uitgeschakeld, zijn gevaarlijk en moeten direct worden gerepareerd.
c)
Neem de stekker uit de wandcontactdoos of ontkoppel de accu van het
gereedschap voordat u wijzigingen aanbrengt, hulpstukken verwisselt of
het gereedschap opbergt.
Hierdoor verkleint u de kans dat het gereedschap
per ongeluk wordt gestart.
d)
Bewaar elektrische gereedschappen buiten bereik van kinderen.
Laat het gereedschap niet gebruiken door personen die er niet mee
vertrouwd zijn of die deze aanwijzingen niet hebben gelezen.
Elektrische
gereedschappen kunnen gevaarlijk zijn bij gebruik door onervaren personen.
e)
Onderhoud het elektrische gereedschap zorgvuldig. Controleer op
slecht aansluitende of vastlopende bewegende delen, breuken en
andere omstandigheden die de werking van het gereedschap kunnen
beïnvloeden. Laat beschadigde onderdelen repareren voordat u het
gereedschap gebruikt.
Veel ongevallen worden veroorzaakt door slecht
onderhouden gereedschappen.
f)
Houd messen en snijdende inzetstukken altijd scherp en schoon.
Goed
onderhouden snijdende inzetstukken met scherpe snijkanten lopen minder
snel vast en zijn gemakkelijker te sturen.
g)
Gebruik elektrische gereedschappen, accessoires, bitjes en andere
toebehoren altijd volgens deze aanwijzingen, rekening houdend met
de omstandigheden en de werkzaamheden.
Het gebruik van elektrische
gereedschappen voor andere dan de bedoelde toepassingen kan tot
gevaarlijke situaties leiden.
5) REPARATIE
a)
Laat het gereedschap uitsluitend door bevoegd personeel repareren
met originele vervangende onderdelen.
Hierdoor blijft de veiligheid van het
gereedschap gewaarborgd.
Summary of Contents for E-tac
Page 2: ...2 3...
Page 43: ...84 85 3 a 4 a...
Page 68: ...134 135 1 2 e 3 off...
Page 75: ...148 149 GFCI GFCI 3 4...